23 SEPTEMBER 1926. 166
van zaken is zeker hier ook te aanschouwen. Spreker
merkt op nog zelden een advies te hebben gezien,
waarin de eene zin den andere zoo volmaakt tegen-
spreekt als in dit advies. Het zegt trouwens wel iets,
dat Burgemeester en Wethouders drie foliobladzijden
noodig hebben gehad om aan te toonen, dat dit
voorstel niet voor aanneming vatbaar is. Naar aanlei-
ding van dit langdradig advies zal ik tot mijn spijt
ook eenig geduld van de vergadering moeten vragen,
vervolgt spreker, om dit meer uitvoerig te bespreken.
In de eerste plaats betreurt spreker dit advies, aan-
gezien het afwijzend is, omdat het ingediende voorstel
volgens Burgemeester en Wethouders niet voor alle
ingezetenen van belang zou zijn. Als dit wel het geval
zou zijn, hadden wij misschien een beter voorstel van
de zijde van Burgemeester en Wethouders mogen
verwachten. Naar sprekers meening ligt de hoofdoor-
zaak der afwijzing in het feit, dat de conservatieve
gedachtengang zich niet zoo spoedig door een meer
democratischen laat verdringen. Spreker zegt het ad-
vies zelf verder op den voet te zullen volgen en te
zullen trachten hier en daar enkele opmerkingen en
onjuistheden te ontzenuwen.
Waar in het advies gezegd wordt, dat uit de bere-
keningen blijkt, dat de meerprijs van 1 cerit per M3.
voor muntgas nog niet voldoende zou zijn, meent
spreker te moeten opmerken, dat al zouden deze be-
rekeningen juist zi;n, toch daarmede niet de onbillijk-
heid wordt opgeheven tegenover het groote gezin,
daar deze verbruikers voor dezelfde aanlegkosten
somtijds het dubbele moeten betalen als een klein
gezin. Volgens zeer betrouwbare inlichtingen van een
vakman bedraagt de kostprijs van aanleg plm f 25.
Ook al zou het waar zijn, vervolgt spreker, dat het
boekwerk, waaruit eenige gegevens zijn geput, niet
meer geheel juist is, een feit is het en dat wordt dan
ook toegegeven, dat er plaatsen zijn, waar één prijs
wordt betaald voor gewoon gas en muntgas. Over
de hoegrootheid van prijs is door de voorstellers in
dit verband niet gesproken.
Waar het in het advies als een onbillijkheid wordt
geaeht, dat bij een eenheidsprijs de verbruikers van
gas over den gewonen meter iets meer zouden moe
ten betalen door meterhuur en dergelijke, zegt spre-
ker, dit geen onbillijkheid te achten, doch een eenigs-
zins doorwerken van de solidariteitsgedachte. Het
zou toch niets meer zijn, dan dat de eenigszins beter
gesitueerden iets meer zouden offeren, hetgeen ten
goede zou komen aan de iets minder bedeelden.
Waar verder van de zijde van Burgemeester en Wet-