9 DECEMBER 1926. Art. 3. De kosten van insfandhouding per leerling en ner kalenderjaar, ,n het vorige artikel bedoeld worden berekend door de totale kosten van iedere school afzonderhjk volgens artikel 55 der Lager Onder- wijswet 1920, onder e tot en met h en l, alsmede die van înstandhouding, te deelen door het gemiddeld aantal leerlmgen dat op 16 Maart, 16 Juni, 16 Sep- tember en 16 December van dat kalenderjaar als wer- kehjk schoolgaande bekend stond. Art. 4. te h^hBeSfUUTnerich°01' hefwelkmeent aanspraak dmap mP 1P VOnge artike!en bedoelde bij- vier maanrtprf00 sp°ed,S mogelijk, uiterlijk binnen vier maanden na afloop van het kalenderjaar, eene opgave van de „kosten van insfandhouding" per eerhng over dat jaar, vergezeld van eene nominatieve hebbenVp6 hfn Ult ,deze gemeente, welke de school hebben bezocht en onder vermelding van het bedrag voor ,eder der leerlingen aan schoolgeld is ont? vangen, waarna zoo spoedig mogelijk betaling der bijdrage zal plaats hebben. »ë.uer Bij Art. 5. hePjâïr TqÏ? "g V°°r het e6rst toegePasf °ver R. R. Decerrfber raadsvergaderi"g van den 9 De Secretaris, De Voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1926 | | pagina 8