9 DECEMBER 1926.
een voorstel gedaan de oude boomen door jonge te ver-
vangen. Het is evenwel een eigenaardige formatie van
boomen en een typisch Heemsteedsch laantje. Voor het
verkeer acht spreker opruiming van de boomen niet
direct noodzakelijk. Het verkeer heeft zich meer ver-
plaatst langs de Adriaan Pauwlaan. Gevaarlijk is het
niet direct, doch spreker geeft toe, dat men heel voor-
zichtig moet zijn.
Ointrent het plantsoen voor het Raadhuis merkt spre-
ker op, ciat het in de bedoeling ligt in den loop van het
volgend jaar daarover een advies in te winnen voor een
goeJ plan, dat aansluit bij deze omgeving. De aanwezig-
heid van de tram op dit punt blijft lastig voor het verkeer.
Naar aanleiding van de opmerkingen gemaakt over
de „Landelijke Vereeniging tot onderlinge Verzekering
tegen de nadeel'ge gevolgen van werkloosheid en ziekte"
gevestigd te Rijswijk, deelt spreker mede, dat deze Ver-
eeniging pas bestaat sedert Augustus 1923 en hem niet
bekcnd is, dat zij eenig kwaad heeft gedaan. Haar ver-
plichtingen is zij steeds nagekomen en de uitbetaling aan
hare leden heeft regelnratig plaats. Alleen behoeven de
arbeiders, om zich hier bij aan te sluiten, niet georgani-
seerd te zijn en dit is dus geen strijdvereeniging en geheel
zonder eenige politiek. De Raad van Toezicht bestaat uit
mannen te goeder naam en faam bekend en deze ver-
eeniging wordt misschien ook wel zoo groot als de door
den heer Chapon genoemde.
De naar voren gebrachte wijziging in de progressie
zou spreker als een vraag willen beschouwen met de
raadgeving dat in studie te nemen; alleen op die rnanier
zou hij deze zaak willen behandelen.
De progressie is een heele teere kwestie, die hier los
van ellce stedelijke beschouwing bekeken dient te wor-
den. Deze gemeente moet in dit opzicht kunnen con-
curreeren met andere gemeenten, anders heeft kapitaals-
vlucht zeer zeker plaats. Die vlucht betreft niet alleen
Hoilanders, maar ook buitenlanders, die niet gebonden
zijn aan een bepaalde woonplaats. Dien factor zijn wij
verplicht onder de oogen te zien, vervolgt spreker, ook
in het belang van de arbeiders. Spreker wijst er op, dat
hem is gebleken, dat de arbeiders alhier belangrijk min-
der aan belasting betalen dan de arbeiders in het lan-
delijk deel van Anrsterdam. Voor eene vergelijking acht
spreker zich gerechtigd dit landelijk deel van Amsterdam
als voorbeeld te stellen.
Over de plaatsing van eene kasgeldleening is het heel
lastig eene mededeeling te doen. Hiervoor is veel aan-
bieding gedaan en beduidend onder de 7 De plaat-
sing is geschied tegen 4 De leening voor Noord-
Holland is niet heelemaal geplaatst, doch het is een
telkens terugkeerend verschijnsel, dat het moeilijkheden