26 Juli 1928. 4 Wethouders te bepalen wijze aan de werklieden zijn bekend gemaakt. Spoedeischende wijzigingen, of wijzi- gingen, die op proef worden ingevoerd kunnen Burge- meester en Wethouders echter zonder inachtneming van dezen termijn tijdelijk vaststellen, geldig voor ten hoogste 6 maanden. (3). Een exemplaar van dit reglement en de bijzon- dere voorschriften voor een tak van dienst moet voor alle werklieden van dien diensttak ter lezing aanwezig zijn op de door het hoofd van den dienst aan te wij- zen plaats. Indeeling der werklieden. Art. 3. (1). De werklieden worden onderscheiden in: I Vaste werklieden; II Voorloopig aangestelde werklieden; III Losse werklieden; IV Jeugdige werklieden. (2). Vaste werklieden zijn de werklieden, wier ont- slag alleen kan geschieden wegens een der in de artt. 34, 36, 41 en 44 genoemde redenen; Voorloopig aangestelde werklieden zijn werklieden, aan wien het vooruitzicht is geopend, later als vast werkman te worden aangesteld; Losse werklieden zijn werklieden, die voor tijdelijken dienst zijn aangenomen; Jeugdige werklieden zijn werklieden, die nog niet als volle werkkrachten kunnen worden beschouwd. (3). De vaste en voorloopig aangestelde werklieden worden aangesteld, hetzij a. om gedurende het geheele jaar den wekelijkschen werktijd te arbeiden; hetzijom, op de wijze als in de bijzondere voor- schriften voor elken diensttak geregeld is, öf

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1928 | | pagina 14