22 NOVE.MBER 1928
189
en daarom ook de verstandigste oplossing is, om de laan
te laten zooals zij nu is.
ue heer Kijkes zegt, het voorstel van Burgemeester en
Wethouders te ondersteunen, doch zou er tevens voor
willen waarschuwen om niet zoo halsstarrig vast te
houden aan de îdee van de Plantsoenencommissie om nu
juist om den anderen een boom te rooien.
De heer Kwak zou het betreuren, wanneer ook maar
één boom gerooid werd; de Koediefslaan immers doet
nu no0 zoo hennneren aan het oude Heemstede. De
bewoners van de Koediefslaan wisten tocn tevoren waar
z'j g'ngen wonen, terwijl daar nog bij komt, dat de
o inies van de belanghebbenden immers zelf verdeeld
zijn. Wat de noodzakelijkheid van wegverbetering voor
het verkeer betreft, wijst spreker er op, dat deze niet zoo
urgent is, aangezien straks toch nog de Lanckhorstlaan
wordt doorgetrokken. Dan zou eventueel hier ook het
éénrichtingsverkeer kunnen worden ingevoerd. Spreker
zegt nogmaais het zeer te zullen bejammeren wanneer
de boornen gerooid werden.
De heer v. Unen acht het verkeerd om steeds maar
toe te geven; straks komt een bewoner van den Bronstee-
weg, die veel last heeft van hoofdpijn, met het verzoek
om den Bronsteeweg te sluiten voor het doorgaand ver-
lceer. Spreker vmdt net ook opmerkelijk, dat er klachten
kwamen van degenen, die daar vroeger hun huis lieten
bouwen en dus tevoren wisten, waar zij kwamen te
wonen. Het is daarom niet juist te achten om hen ter
wille, de andere bewoners teleur te stellen. Spreker zou
het zeer betreuren, als de boomen werden gerooid en
de Iaan daardoor werd verminkt.
Mevr. Bigot verklaart zich ook tegen rooiing van de
boomen. Spreekster zegt, dat men de klachten over vocht
met onbillijk moet achten, omdat men dit toch eigenlijk
pas kan constateeren, wanneer men in cle huizen woont
en niet tevoren.
De heer Dr. Droog, Wethouder, zegt, dat het zeer
lastig is, om nog een nieuw argument te gebruiken voor
het behoud van de boomen. Spreker vond de beschou-
wingen van Mevrouw De Voogt zeer interessant, doch
v°or de oplossing van deze laan te laat; de boomen zijn
ei nu eenmaal. Aan de woorden van den heer Van Unen
hecht spreker veel waarde. Het is inderdaad waar, dat
de bewoners van de Koediefslaan tevoren toch wisten,
waar zij kwamen te wonen. Het gezondheidsargument
acht spreker ook niet doorslaand, vooral niet sinds hij op
verzoek van een der bewoners een nuis aan de Koediefs-
laan is binnengegaan en geconstateerd heeft, dat dit
droog was. Spreker meent, dat de beste oplossing ge-
vonden zal worden in de opvolging van het advies van
