25 April 1929
VIII. Ontheffing art. lbter der Bouw- en Wo-
ning verorden ing.
28. Ontheffing art. 15ter der Bouw- en
Woningverordening.
79
De heer Vring merkt op, dat hem één zaak nog
niet geheel duidelijk is. In de Commissie voor Open-
bare Werken is n.l. besloten, dat de opslagplaats over
den geheelen Leidschevaartweg zou worden opge-
ruimd. In het praeadvies kan men echter niet lezen
daf men 500 M voorbij de brug niet meer mag lossen
en blijft daardoor dus de ongewenschte toestand be-
staan. Spreker zag gaarne dat in een verordening de
bepaling werd opgenomen, dat het langs den geheelen
Leidschevaartweg verboden is te lossen, of dat aan
dit besluit werd vastgekoppeld, dat de opslagplaafsen
iangs dezen geheelen weg verdwijnen.
De heer Dr. Droog, Wethouder, antwoordt hierop,
dat eenige contracten met parliculieren loopen, over
het gebruik van deze opslagplaatsen. Zoo loopt een
contract met Feije nog één jaar en zal dit na afloop
niet meer ver!en,gd worden. Mochten er nog andere
contracten loopen, dan zullen ook deze worden op-
gezegd. Spreker zegt, dat er echter geen aanleiding
toe besfond om deze aangelegenheid bij deze voor-
dracht te regelen.
De heer Vring merkt vervolgens op, dat onlangs in
de Politieverordening een bepaling is opgenomen,
waarbij het verboden is, dat o.m. op den Leidsche-
vaartweg mest wordt gestort.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat de nieuwe
Politieverordening, waarin deze bepaling zal worden
opgenomen, nog niet in werking is.
De heer Dr. Droog, Wethouder, antwoordt vervol-
gens nog op de vragen van den heer Audrefsch, dat
de buitengemeenten die wel belang hebben bij deze
losplaats tot heden niets behoefden fe betalen, wan-
neer men van den loswa! gebruik maakte. Het lijkt
spreker dan ook niet goed mogelijk om daarvan
plotseling af te wijken en zou hij dit bovendien
willen ontraden. Door de gebruikers van deze losge-
legenheid zelf moet wel voor dit gebruik worden
betaald, hetgeen in de verordening is geregeld.
Hierna wordt het besluit zonder hoofdelijke stem-
ming ongewijzigd vastgesteld.
Het advies met ontwerp-besluit Iuiden als volgt