28 November 1929. 173 onaangenaamste faken voor een raadslid om te spre- ken, wanneer het gaat over salarieering van ambtena- ren. Spreker vraagt zich af of men bij een dergelijk voorstel nu maar „ja" moet knikken of dat men er iets tegen in mag brengen. De ingezetenen hebben het recht om van de raadsleden te eischen, dat het geld van de gemeenfe goed wordt besteedzij hebben ook het recht om dit te onderzoeken. Spreker zou daarom gaarne eerst eens in een onder-onsje willen spreken, of de 3 ambtenaren, waarvoor thans een verhooging wordt voorgesteld, het inderdaad noodig hebben. het is dikwijls zoo moeilijk voor een buiten- staander om te beoordeelen of een bepaalde functio- naris naar beiiooren betaald wordt. Spreker vraagt of men niet een Commissie uit de raadsleden zou kunnen benoemen om deze zaak te onderzoeken of misschien zou deze zaak entre nous kunnen worden besproken. Het is nu eenmaal niet plezierig om in het openbaar namen te noernen en daarom zag spreker gaarne dat dit kon worden voorkomen. De heer Van der Erf zegt, dit voorstel met verwon- dering te hebben gelezen en waarom dit Spreker heeft al meerdere malen van de zijde van Burgemees- ter en Wethonders en ook uit de mond van den Raad zelf gehoord, dat de salarissen hier goed zim, ja zelfs beter dan in andere gemeenten. Hij vraagt zicli dan ook af, is deze verhooging noodig. Het heeft hem verder bevreemd, dat, wanneer salarisverbetering noo- dig wordt geoordeeld, wordt voorgesteld, om alleen de salarissen van die drie hoofdambtenaren te verbe- teren. Moeten de salarissen verbeterd worden, dan wil spreker daarmede accoord gaan, doch dan moeten alle salarissen worden verbeterd, van nummer één af tot den laatsten man toe. Om onaangenaamheden te voorkomen zag spreker gaarne, dat eerst een Com- missie werd samengesteld uit de raadsleden, die onderzocht in hoeverre salarisverhooging gewenscht is. Dat kan toch onmogelijk nu ineens woiden uitge- maakt. Het is spreker bekend, dat er verschillende loonen van gemeente-arbeiders te laag moeten worden genoemd. De heer Vring merkt op, dat, wanneer er van schuld sprake kan zijn voor het medewerken aan deze salaris- herziening, hij deze gaarne voor zich wil nemen, wat betreft het salaris van het Hoofd van den Dienst van Openbare Werken. Het werk van dezen Hoofdamb- tenaar is in de Commissie voor Openbare Werken

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1929 | | pagina 21