28 November 1929.
178
niet het Direcfeurschap aan deze verhooging verbim
den. Deze verhoogingen liadden echter al veel eerder
moeten komen, zegt spreker.
De heer Dr. Droog, Wethouder, wi! nog eens uit-
drukkeli'k verklaren daf liet salaris van deze Bedrijfs-
hoofden en bepaalde takken van dienst, in vergelijking
met de salarissen in het parficulier bedrijf veel te laag
zijn. Het zou zeer jammer zijn, wanneer de gemeente
deze ambfenaren, waarvoor thans salarisverhooging
wordt voorgesteld, ging verliezen en nu lijkt het
spreker niet juist, om met deze verhoogingen fe
wachfen totdat perSonen in kwestie gaan solliciteeren.
Dit zou dan de indruk kunnen maken, een soort
dreigement fe zijn. Men moet hier preventieve maat-
regelen nemen.
Een verhooging van de salarissen van de andere
groepen is weer heel iets anders, zegt spreker. Wan-
neer men die salarissen vergelijkt met die, welke in
het particuliere bedrijf worden uitbetaald, dan zijn
deze niet slecht fe noemen. Ook bij de provincie
redeneert men zoo. Daar worden de salarissen van
de leidende personen eveneens los gemaakt van de
andere salarissen.
De heer Audrefsch zegt, zoo juist gehoord fe heb-
ben, dat deze salariskwestie in de verschillende raads-
commissiën is behandeld. Het was hem zeer aange-
naam te hooren, hetgeen Wethouder Jhr. van de Poll
meende te moefen opmeiken over den heer Westra,
wiens voorgesfelde salarisverhooging niet in een
Commissie is behandeld. Spreker wil zich bij die
wcorden aansluifen en daaraan toevoegen, dat hij
sinds jaren met den heer Westra contact heeft in de
Woningbouwvereeniging en Iater in de Commissie
voor de Bezwaarschriften tegen den aanslag in den
Hoofdelijken Omslag. Hij heeft den heer Wesfra als
een zeer ervaren ambtenaar leeren kennen. Spreker
kan zich dan ook met het voorstel tot salarisverhoo-
ging van deze drie ambtenaren geheel vereenigen,
hoewel hij graag zou zien, daf onderzocht werd, in
hoeverre de wenschelijkheid bestaaf, dat ook andere
salarissen verhoogd worden. Die andere categoriën
sfaan echter buifen dit voorsfel.
De heer Van der Erf ziet niet in, dat er bezwaar
tegen bestaat om een Commissie van onderzoek naar
de salarissen in deze gemeente in te stellen. Wanneer
uit dat onderzoek blijkt, dat verhooging van andere
