n
17
20 Februari 1930
Het komt ons voor dat aan de plaafselijke regeiin-
gen, welke toepasselijk zijn voor iien die in vasten
of tijdelijken dienst der gemeente werkzaam zijn, min-
stens dezeifde aanspraken moeten kunnen worden
ontleend ais de Ziektewet b.v. geeft voor lien, wier
dienstverband met de gemeente geheel los is.
Volgens het beslaande ambtenarenreglement heeft
een vast ambtenaar met een korter diensftijd dan een
jaar recht op ziekengeld gedurende een gelijken ter-
mijn als de diensttijd bedraagt, terwijl bij verdere
verhindering eene afzonderlijke regeling kan worden
getroffen Het geval kan zich dus voordoen, dat zoo'n
a nbtenaar gedurende een korter tijdvak ziekengeld
ontvangt dan de fermijn in de Ziektewet genoemd.
Wij achten het billijk dat alle vasle ambtenaren in dit
opzicht dezelfde aanspraken hebben, zoodat wij voor-
steHen het 2e lid van artikel 6 van het Algemeen
Ambtenarenreglement in te trekken.
Ten opzichte van de tijdelijke ambtenaren is in
art. 9 van het Ambtenarenreglement bepaald dat de
termijn van uitkeering verband houdt met den dienst-
fijd. Ten hoogste kan 3 maanden ziekengeld worden
ontvangen. Ook dit arlike! stellen wij U voor te wij-
zigen en wel zoo, dat een tijdelijk ambtenaar bij verlof
wegens ziekte recht heeft op 6 maanden ziekengeld,
een zelfde termijn dus als de Ziektewet noemt.
Wanneer deze bepaling aldus wordt gewijzigd, zijn
wij voornemens de regeling voor de tijdelijke ambte-
naren aan de goedkeuring van de Kroon te onder-
werpen. Wordt deze goedkeuring verkregen, dan is
ook voor deze ambtenaren de Ziektewet niet toepas-
selijk.
Voor de werklieden zijn in de artikelen 27 tot en
met 31 van het Werk'iedenreglement bepalingen op-
genomen omtrent uitkeering van loon bij ziekte.
Ue vaste en voorloopig aangestelde werklieden zub
len niet onder de bepalingen van de Ziektewet vallen.
Deze ontvangen echter bij een diensttijd van hoog-
stens 52 weken in maximum 13 weken ziekengeld.
De billijkheid brengt mede, dat deze termijn gebracht
wordt op 6 maanden, gelijk de Ziektewet noemt.
Op de losse en jeugdige werklieden in den zin van
het Werkliedenreglement zou de Ziektewet toepasselijk
zijn, omdat deze gedurende de eerste tvvee jaren van
hun diensttijd geen ambtenaar in den zin der Pensi-
oenvvet zijn. Deze komen tengevolge van de Ziektewet
n enkele opzichten in ongunstiger positie doordat de
areasäts-:
I ll!l