21 Augustus 1930
181
aanîeiding geven tot allerlei vergissingen. Men krijgt
zijn tractement naar verdiensten en naar de functie,
die men bekleedt. Wordt daarbij een limiet gesteld,
•dan moet men zich aan die limiet houden en niet door
een of ander kunstje daaraan weer ontkomen, d.it zou
een deur openmaken voor zeer groote vergissingen.
Deze gedachte past in geen enkel systeem van salari-
eering.
Tenslotte zegt spreker, dat Burgemeester en Wet-
houders hun voorstel willen handhaven, althans voor-
loopig.
De 'heer Van Unen zegt zeer goed tegen oppositie
te kennen en een billijke terechtwijzing te kunnen ver-
dragen. De, heer Kwak is, echter te ver gegaan toen
hij hem verweet, dat hij de Katholieken een blaam
wilde aanwrijven. Spreker wil hier verklaren, dat hij
dit nooit doet. Het was hem echter alleen te doen om
mede te d-eelen, dat in de R.K. Houtbewerkersbond
blijkbaar een andere houding ten aanzien van den
kindertoeslag werd genomen, als gemeenlijk bij de
Katholieken het geval is. Dit verdient echter geenszins
het woord blaam, waardoor onaangenaamheden ont-
staan, waarop spreker geenszins gesteld is. Hij wil nu
nog zwijgen over het feit, dat de heer Kwak sprekende
over het amendement van de ,,rechtsche fracties",
zonder meer daarvan de Christelijke Historische fractie
uitschakelde, om nog maar te zwijgen van het Chris-
telijk gevoel van spreker zelf.
De heer Audretsch zegt, dat de Voorzitter hier ge-
sproken heeft over loon naar verdienste en heeft op-
gemerkt dat het niet mogelijk is om van de eenmaal
vastgelegde basis af te wijken. Door het voorstel van
Burgemeester en Wethouders gaat men echter geheel
langs die basis want welke de verdienste ook zi;n,
degene die kindertoeslag krijgt, ontvangt een ver-
kapte verhooging van zijn loon,
De Voorzitter antwoordt hierop, dat de heer
Audretsch deze zaak verkeerd bekijkt, Er is een trak-
tement, dat als basis beschouwd moet worden. Door
een limiet te stellen wordt deze basis scherper afge-
rond. Nu wil de heer Audretsch beneden die limiet
een toeslag geven en boven die limiet zulks niet doen.
Hij wil aan Burgemeester en Wethouders de bevoegd-
heid geven om boven die limiet in sommige gevallen
toch een kindertoeslag te geven. Spreker vraagt zich
echter af, waar dan die limiet blijft, wanneer men daar
niet aan vasthoudt.