25 September 1930
195
zijn groote spontaneïteit. Deze 67 jarige bezat nog
een zeldzame vitaliteit. U en mij doet het leed, dat
hij niet meer in ons midden is zijn figuurzulien wij
noode missen. In hoogere mate echter zal hij gemist
worden in zijn gezin. Met instemming van de verga-
dering stel ik dan ook voor om in een brief van
rouwbeklag onze gevoelens over dit diep fragische
sterfgeval aan Mevrouw Breed kenbaar te maken.
Het leven gaat verder. Het wordt ons niet gevraagd
of wij onze werkkring willen verlaten. Tot in lengte
van jaren zal de Raad den heer Breed met groote
dankbaarheid gedenken".
Deze woorden werden door den Raad staande aan-
gehoord.
De heer De Boer wordt vervolgeris door het lot
aangewezen om bij eventueele stemmingen het eerst
zijn stem uit te brengen.
Vaststelling van de notalen der Vergaderingen
van 31 Juli en 21 Augustus 1930.
De notulen der vergadering van 31 Juli 1930 wor-
den zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vast-
gesteld.
De heer Van Unen merkt vervolgens over de no-
tulen van 21 Augustus 1930 op, dat het tweede lid
van den zin die aanvangt op den 4en regel van
onderen op bladzijde 173 niet juist is en moet luiden
„en voor hen, die nu onder de vrijstelling vallen,
maakt het niefs uit, daar 60 pCt. van 0 hetzelfde is
als 65 pCt. van 0. Voorts zegt spreker dat op blad-
zijde 178 in de 22e regel van boven vôôr het woord
„toekomst" het woord „naas(e" moet worden inge-
voegd, terwijl hij voorts de aandacht vestigt op een
paar drukfouten in deze notulen, voorkomende op
bladz. 174 en 181.
De Vergadering gaat er mede accoord, dat deze
verbeteringen in de notulen worden aangebracht.
Deze notulen worden vervolgens zonder hoofdelijke
stemming vastgesteld.
11. Ingekomen stukken.
Ooedkeuring begrooting 1930.
a. Bericht van Gedepuieerde Staten dd. 20 Augus-
