26 Februari 1931
De heer Van Unen vraagt, of deze sforingen met
opzet gebeuren.
92
groote buurt van de gemeenle is de radio outvangst
tengevolge van de aldaar optredende storingen, totaal
onmogelijk,
De Voorzitter antwoordt hierop ontkennend. De
storingen worden echter veroorzaakt door hoogfrequent
apparaten. Door den Directeur van de Beihijven is
°ver deze zaak al een zeer belangrijk rapport uitge-
bracht. Er dient echter nauwkeurig te worden nage-
gaan wat de maatregelen opleveren, die men in
naburige gemeenten tegen deze storingen heeft geno-
men. In die gemeenten heeft men de in eerste instantie
getroffen maatregelen al weer gauw moeten wijzigen,
omdat zij niet voldoende bleken te zijn. Het is na'
fuurlijk heel prettig om maatregeien te nemen, maar
het is nog belangrijker om direct goede maafregelen
te nemen, zegt spreker. Ze liggen echter klaar om
uitgevoerd te worden, doch het is momenteel nog de
vraag wat of beter is, öf wel die maalregelen vast te
leggen in de Algemeene Politieverordening öf deze
vast te koppelen aan de verordening, regelende de
voorwaarden voor de levering van gas, duiriwater en
electriciteit. Zoodra dit is uitgemaakt, behoeft niet
langer meer gewacht fe worden. Spreker voegt hier
nog aan toe, dat het hem bekend is, welke buurt door
den heer Audretsch bedoeld wordt en door wie deze
storingen veroorzaakt worden.
De heer Van Unen informeert, of één toestel dat
kan doen.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat er in de ge-
meente één soort toestel is, dat, hoewel niet
expres, deze storingen in een wijden kring daar-
omheen veroorzaakt en de gewone ontvangst onmo-
gelijk maakt. Burgemeester en Wethouders letten hier
echter op en hebben ook al gewaarschuwd. Er zijn
echter meer toestellen die storingen veroorzaken en
aangezien men welwillendheid ook kan weigeren, is
het raadzaam dat er vaste regels komen, waaraan
men zich heeft te houden.
De heer Audretsch zegt, dat hem iemand bekend
is, die zoo onwelwillend is, dat wanneer men ver-
zoekt om die storingen eenige uren achterwege te
laten. hij zegt, zich aan geen mensch te storen en
het voor niemand te laten.