26 Maart 1931 106 îs deze ,,kan het bedrijf voorloopig volstaan met een gashouder van 10.000 MY' en geven Burgemeester en Wethouders aaarop een positief antwoord, dan is hij er tegen om een gashouder van 15.000 M,3 aan te schaffen, omdat deze proeentsgewijze goedkooper is. De Voorzitter merkt op, dat éen hergruimte van 164- d'er maximale etmaalaflevering momenteel niet zoo hoog is; 5? is echter abnormaal laag. Vertoont de gashouder van 6500 M J over eenige jaren misschien zwakke plekken en moet deze dan onder handen wor- den genomen en grondig worden nagezien, dan is een gashouder van 15.000 M.J absoluut noodzakelijk en kan werkelijk geen sprake zijn van overbodige luxe, Er is al sinds jaren over een grooteren gashouder gedacht, doch nu is de aanschaffing daarvan meer dan urgent. De heer Rijkes zegt dat er geen verband is tussehen den tegenwoordigen toestand en dien van voor de annexatie. Men heeft eenvoudig het feit te aanvaarden dat over 1931 de bergruimte 52 van de maximale etmaalaflevering zal bedragen en dat is te laag. A1 was dat percentage vroeger nog zoo hoog, nu is het te laag en moet de Directeur wel voorstellen om tot verhooging van de bergruimte over te gaan. Een an- dere vraag is, welke capaciteit de nienwe gashouder rnoet hebben. Ongetwijfeld zou nu volstaan kunnen worden met een gashouder van 10.000 M3. De heer Van der Erf zegt wel dat men desnoods ook wel over kan gaan tot de aanschaffing van een gashouder van 30 000 M.', doch dan zou het bedrijf de risée zijn van geheel Nederland. Laat het echter waar zijn, dat het bedrijf misschien de eerste 10 jaren vooruit kan met een gashouder van 10 000 M.3, dan zou spreker daarbij direct de mogelijkheid onder het oog willen zien, dat straks ook aan buitengemeenten gas kan worden ge- leverd, Dan zal zeer zeker een gashouder van 15.000 M. noodzakelijk zijn, Uit al die overwegingen meent spreker we.l dat het uit een oogpunt van bedrijfszeker- heid dan ook zeer noodzakelijk is om tot de aanschaf- ting van een dergelijken gashouder over te gaan. De heer Van Lmen zegt, dat er een nieuwe gas- houder moet zijn, terwipl het ook zeker is, dat deze een capaciteit van 10.000 M.3 moet hebben. Spreker heett echter nog niet de overtuiging dat deze gashouder een capaciteit van 15.000 M.3 moet hebben. Nu heeft hij wel gehoord, dat per 100 M.3 inhoud een gashouder van 15.000 M goed'kooper is dan een gashouder van 10 000 M.s, dodh dat is een normaal verschijnsel dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1931 | | pagina 12