29 October 1931 302 moties. al is hij het met den inhoud daarvan 100 pCt eens. De heer Van der Erf zegt dat de lieer Disselkoen hem heeft uitgenoodigd om met voorstellen te komen, doch spreker doet dit in den vorm van het kenbaar maken van wenschen. Een motie zal hier geen meer- derheid vinden en het uitspreken van een wenscli is bovendien juister. Als hier een wensch wordt uitge- sproken, dan wordt „Maatschappelijk Hulpbetoon" geen dwang opgelegd, doch kan met dien wensch reke- ning worden gehouden. Voorts heeft de heer Dissel- koen gezegd, dat het van de zijde van de S.D.A.P. niet aan waardeering zal ontbreken, wanneer daartoe aanleiding bestaat, maar, dan moet het spreker toch van het harf, dat het in het aigemeen genomen nu in die politieke parHj niet zoo hoog loopt met lof- tuitingen. De polifiek dwingt haar om het werk van anderen te verkleinen. Dit wil spreker niet tot den heer Disselkoen persoonlijk doch over de partij in het algemeen zeggen. Het verzoek echter van den heer Disselkoen om een aparte raadsvergadering te beleg gen teneinde deze zaak te behandelen, aangezien zij misschien anders weer in de doofpot zou worden gedaan, getuigt nu niet bepaald van erkentelijkheid. Als de heer Disselkoen beweert op die openbare ver- gadering niet gezegd fe hebben, wat spreker daarom- trent gelezen heeft, wil hij dit graag aannemen. Hij kan echter niet alle bladen lezen, doch neemt nog wel eens kennis van dingen die in „Het Volk" sfaan. De heer Vring heeft met verwondering naar de verschillende sprekers geluisterd. Het lijkt wel een debatavond, waarbij het echter niet ging om de be- langen van de werkloozen, want die hoofdbedoeling is verdronken. Zou Maatschappelijk Hulpbetoon, die toch alle nooden kent, nu niet te hooren krijgen, hetgeen hier besproken is. Spreker begrijpt niet, dat de heer Disselkoen, die tocli practisch is, nu maar aan die moties blijft vasthouden. Als Maatschappelijk Hulpbetoon weet dat er armoede is, dan zal er toch wel naar omstandigheden gehandeid worden. De Raad zit hier tusschen verschillerde bepalingen van de wet en daarom zou spreker willen adviseeren practisch te zijn en de debatten te sluifen. Daarmede zullen de belangen van de werkloozen wel het beste gediend zijn. Komen ze tekort en is er geld over, dan zal Maatschappelijk Hulpbetoon wel wefen, wat te doen sfaat. De Raad komt nu echter niet fot een overtui-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1931 | | pagina 17