22
31 Maart 1932
ONTWERP-VERORDENINQ INZAKE DEN AARü
DER BEBOUWINQ EN HET QEBRUIK VAN
GRONDEN AAN HET RAADHUISPLEIN.
Aan den Raad.
De gewijzigde Woningwet, die op 19 Augustus 1931
ni werking is getreden, heeft in artikel 43 aan den
Raad de bevoegdheid gegeven om voorschriften vast
te stellen met betrekking tot zoowel den aard van de
bebouwing als het gebruik van de gronden, in de
bebouwde kom gelegen.
Dit artikel heeft de mogelijkheid geschapen om
langs publiekrechtelijken weg zekere straten, pleinen
en wijken van de gemeente een bepaald karakter te
doen behouden.
Het komt ons gewenscht voor, om dergelijke voor-
schriften in het leven te roepen voor het Raadhuisplein,
uat vanwege zijn aard en ligging een zeker aanzien
behoort te hebben.
De totstandkoming van deze voorsc'iriften is aan
dezelfde formaliteiten als die, van het uitbreidingsplan
ondei worpen en wel met het oog op de belangen en
echten van belanghebbenden, die tegen de vaststelling
daarvan dan ook hun bezwaren bij U kunnen in'oren-
gen.
In verband met het vorenstaande, bieden wij U bij-
gaande verordening aan, die, alvorens door U defin'i-
tief te kunnen worden vastgesteld en door hoogere
mstantie te kunnen worden goedgekeurd, tenminste
gedurende vier weken ter gemeente-secretarie voor
een icdcr ter inzage moet worden neergelegd.
Een teekening iigt voor U ten Raadhuize ter inzage.
Heemstede, 23 Maart 1932.
Burgemeester en Wethouders van Heemstede,
J. P. W. van Doorn.
De Secretaris,
P. Westra, 1. s.