30 Juni 1932 255 De heer Jhr. van de PollWethouder, merkt op, dat het tot heden de gewoonte was om alleen in de Financieele Commissie die zaken te behandelen, die van belang zijn. Hier betreft het echter administratieve wijzigingen, die buiten de schuld van Burgemeester en Wethouders zoo laat aan den Raad worden voorge- legd. De heer Disselkoen informeert, wanneer Burgemees- ter en Wethouders het bericht van Gedeputeerde Staten omtrent deze wijzigingen hebben ontvangen. De heer Jhr. van de PoLl, Wethouder, antwoordt hierop, dat hem dit niet bekend is. Wel weet hij, dat deze zaak pas in de laatste vergadering van Burge- meester en Wethouders is behandeld. De heer Van der Erf merkt op, dat hij zich kan voorstellen, dat men zich gepasseerd voelt, indien men als commissie-Iid geen inzage krijgt van de stukken. Spreker herhaalt echter, dat het hier slechts admini- stratieve wijzigingen betreft, waarmede hij zich kan vereenigen, omdat zij geen inbreuk maken op de cijfers als zoodanig. De Voorzitier merkt op, in de laatste vergadering van de bedrijven-commissie reeds de toezegging te hebben gedaan, dat er meer vergaderd zou worden. Deze stukken moesten echter op zeer korten termijn behandeld worden. Spreker heeft overigens wel den indruk gekregen, dat men aan deze aangelegenheid meer waarde hecht, dan er aan gehecht moet worden. Per slot van rekening betreffen het hier toch maar administratieve wijzigingen. die het gevolg zijn van een opvatting van üedeputeerde Staten, die de ver- plichting tot deze wijzigingen hebben opgelegd. Het betreft nier dus niet een stuk of een materie, die niet tot de commissie gebracht behoeft te worden. Men zou het een dooddoener kunnen noemen, wanneer spreker zei, dat Burgemeester en Wethouders volgens de verordening ook niet de verplichting hadden, om deze wijzigingen bij de commissies te brengen, maar van den anderen kant moet men het dan niet euvel duiden, wanneer dit niet is geschied. Indien er echter door de Commissies prijs op wordt gesteld, om deze zaken vooraf te zien, wil hij daarmede in het vervolg gaarne rekening houden. Hij zou de vergadering ech- ter in ernstige overweging willen geven om de wijzi- gingen voor het dienstjaar 1931 nu vast te stellen. De heer Rijkes merkt op, reeds meermalen gevraagd te hebben om de commissies in dergelijke zaken te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1932 | | pagina 17