27 October 1932 358 belastingverordening bijvoorbeeld wordt gewijzigd en men straks het vervolgonderwijs er weer in wil bren- gen, gaan daar drie maanden overheen. De heer Dijselkoen trekt vervolgens zijn amende- ment in. Artikel 2. De heer Disselkoen heeft op dit artikel het navol- gende amendement ingediend „Indien een belastingplichtige in den loop van eenig heffingsjaar een aantoonbare inkomstenverlaging onder- gaat, vindt een evenredige verlaging van den aanslag plaats". Burgemeester en Wethouders deelen het volgende mede ,.A!s grondslag voor de schoolgeldregeling geldt het belastbaar inkcmen van de ouders der leerlingen, naar den aanslag in de Rijksinkomstenbelasting voor het belastingjaar, ingaande den lsten Mei, onmiddellijk aan den lsten Januari van het schoolgeldjaar voorafgaande. Wordt door de Rijksadministratie tengevoîge van overlijden _of het staken van een beroep of bedrijf, door het eindigen van vruchtgebruik of het ophouden van periodieke uitkeeringen, op den aanslag geheele of gedeeltelijke ontheffing verleend, dan 'wordt de aanslag in het schoolgeld naar den nieuwen toestand opnieuw geregeld. Op dit punt wenscht ons College niet verder te gaan. Tegenover de dcor den heer Disselkoen gedachte verlaging van het schoolgeld bij daling van inkomsten, zou een tegenbepaling moeten worden gemaakt, dat bjj een aantoonbare stijging van inkomsten, navorde- îing zou moeten worden toegepast. Beide gevallen zijn in de praktijk onuitvoerbaar. Bovendien zal, bij gebleken onmacht tot betaling, Uw Raad tensiotte de betrekkelijke posten oninvorderbaar verklaren". De heer Disselkoen merkt op, dat hij, niettegenstaande de toelichting van Burgemeester en Wethouders zijn amendement handhaaft. Het is immers zeer goed mo- geüjk, zegt spreker, dat men na 1 Mei een zeer be- langrijke inkomstenverlaging krijgt en dan nog school- geld moet betalen over een heel anderen aanslag.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1932 | | pagina 13