27 October 1932 352 De heer Van der Erf is persoonlijk voor Zon- dagsrust en Zondagsheiliging. Toch denkt hij hierover iets anders dan de heer Van den Heuvel. Spreker noemt sport niet in strijd met de Zondagsheiliging, gepaste ontspanningen in het algemeen zijn daarmede niet in strijd. Spreker begrijpt heel goed, dat Burge- meester en Wethouders bij sportieve uttingen vvel eens iets meer moeten doen en dat zij aanleiding aanwezig hebben geacht, om bij dit evenement aanwezig te zijn. De heer Van deti Heuvel wil tot den heer De Tello uitdrukkelijk opmerken, dat hij geen motie heeft ingediend, doch slechts een voorstel heeft gedaan. Overigens is spreker geenszins tegen moties. Dat de Kerkeraad zijn wenschen te laat bekend heeft gemaakt, is niet voor spreker's verantwoordelijkheid. Spreker weet verder van de heele zaak niets af. Wel heeft hij het onkiesch gevonden, dat men hem een uitnoodiging zond voor het diner. Wat de heer Van der Erf heeft opgemerkt komt hier niet in het geding, zegt spreker. In bijna geen enkele gemeente echter, zal hetgemeente- bestuur zijn goedkeuring hechten aan hetgeen hier gebeurd is. De Voorzitter wil op de eerste plaats opmerken, dat de iiitnoodigingen voor het diner izijn verzonden door het bestuur van de R.C.H. Spreker noemt het een welwillendheid van het Bestuur, dat het bij deze uitnoodigingen niemand heeft overgesiagen. Overigens had spreker eerder kunnen begrijpen dät de heer Van den Heuvel een aanmerking zou hebben gemaakt op het feif, dat op den Zondag een sportdemonstratie is gehouden, dan op het feit, dat Burgemeester en Wet- houders aanwezig zijn geweest bij de öfficieeie open- stelling van een gemeentelijke inrichting. Dit laatste kan men toch niet een ontheiliging van den Zondag noeinen. De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, merkt op, dat hij als Voorzitter van de Stichting op dien dag absoluut aanwezig moest zijn. Indien spreker daar niet in die qualiteit aanwezig was geweest, dan was hij daar toch zeer zeker ais Wethouder naar toe gegaan. Dit neemt niet weg, dat spreker met iederen anderen Christelijk Historicus voör Zondagsrust is. Maar, men is hier in Holland, waar nu eenmaal het principe geldt om wedstrijden op den Zondag te houden. Spreker ziet er zelfs geen enkel bezwaar in om op den Zondag- zelf aan een wedstrijd deeh te nemen, althans niet op den Zondagmiddag. Als men 's morgens zijn plichten

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1932 | | pagina 7