8 Juni 1Q33.
60
ook juist voor, dat nu onomwonden gezegd wordt,
dat de Raad dien grond niet wenscht te verkoopen,
omdat men niet wil medewerken aan een wijziging
van het Uitöreidingsplan.
Men beroept zich voor het toestaan van die wijzi-
ging op het feit, dat de heer Van Sambeek de heele
Meer en Boschlaan koopt en dat eventueele andere
koopers niet worden geschaad. Spreker heeft op de
teekening echter nog zeven andere perceelen gezien
waarvan er reeds één verkocht is. Straks zal tnen de-
zelfde faciliteiten ook aan de koopers van die percee-
len moeten geven. Destijds heeft men zich op advies
van de Commissie van het Grondbedrijf verzet tegen
een verkoopprijs van f5.50 per M2, terwijl men nu
wil toestaan om op dien grond 33 woningen inplaats
van 31 woningen te bouwen. Men wil den grond dus
thans practisch f 12.000.goedkooper geven. Voorts
heeft het spreker getroffen, dat op de oorspronkelijke
teekeningen de oppervlakten van de perceelen voor-
kwatnen, terwijl deze op het gewijzigde bebouwings-
plan niet voorkotnen. Toen spreker aan den rentmees-
ter liet vragen, welke grootte ieder perceel volgens
het nieuwe bebouwingsplan zou krijgen, werd hem
daarop ten antwoord medegedeeld, dat hij vroeger 31
op de 7400 M2 moest deelen en thans 33 en dan zou
hij weten, hoe groot de perceelen zouden worden.
Voor dit antwoord heeft spreker echter geen rent-
meester van het Grondbedrijf noodig en gaarne zou
hij alsnog willen vernemen, hoe de indeeling van de
huizenblokken zal zijn. Spreker acht de voorgestelde
wijziging in de verkaveling een onrecht tegenover de-
genen, die thans in de omgeving eigenaars zijn. Op
de teekening is hem gebleken, dat de heer Bosma
bouwperceelen heeft van 440 M2 en 443 M2bij den
heer Van Sambeek is er echter geen sprake van, dat
deze opperviakten gehandhaafd kunnen blijven. Hieruit
blijkt dtts, dat men wel bereid is, om aan den grooten
bouwer faciliteiten toe te kennen. Uit de boetebepaling
blijkt echter wel, dat de heer Van Sambeek niet van
plan is om dien grond ineens te gaan bebouweneen
schadeloosstelling van f 65.66 per woning acht spreker
bovendien ook veel te gering. De schoonheidsoverwe-
gingen die men Itier wil doen gelden, kan spreker
geenszins aanvaarden. Zou men mij niet uitlachen,
vervolgt spreker, wanneer ik het in een volgende
raadsvergadering zou hebben over de villa-achtige be-
bouwing van den Binnenweg In dit opzicht is men