61
21 November 1933.
Met betrekking tot deze aangelegenheid werd later
nog een nieuw voorstel ingediend door den heer
S. Rijkes.
Dit voorstel luidt als volgt
„Naar aanleiding van de gehouden besprekingen in
de raadsvergadering dato 26 October j.l., omtrent den
inhoud van raadsstuk no. 55 „Tewerkstelling van
werkloozen" heeft ondergeteekende, 15d van Uwen
Raad, de eer het volgende voorstel in te dienen
De werkloozen laat men in de drie weken, zooveel
mogelijk 7 dagen achtereen werk verrichten, n.l. de
laatste 3i dag van de tweede week en de eerste 3.1
dag van de derde week, in totaal 2 X 27 j uren
arbeid.
Ondanks den kinder- en huurtoeslag wordt door hen
dan ontvangen
le week f 12.50
2e week „15.25
3e week „15.25
totaal in 3 weken f 43.of gemiddeld per
week f 14.33, met kinder- (bijv. 3 kinderen beneden
14 jaar) en huurtoeslagf 14.33 en f3.— en f 1
-f 18.33. De dagen die zij voor de gemeente geen
arbeid verrichten, dienen zij te stempelen en van het
loon, dat zij in die dagen bij een patroon kunnen
verdienen wordt g e e n korting toegepast. Werken zij
echter bij particulieren, dan zal van dat loon de helft
gekort en aan de gemeente gerestitueerd worden.
Otn de werkloozen tewerk te kunnen stellen, zal
werk gezocht dienen te worden, dat door eventueele
bezuiniging of om andere redenen, in de eerste jaren
niet uitgevoerd behoeft te worden.
Op deze wijze is m.i. voor een groot gedeelte het
bezwaar ondervangen, dat de werkloozen z.g. gaan
„beunhazen" of onder het „Ioon" bij derden gaan
werken".
Naar aanleiding hiervan merken wij op dat op grond
van practische overwegingen tegen dit voorstel ernstige
bezwaren moeten worden gemaakt. Immers, wanneer
3) dag moet worden gewerkt moet worden begonnen
op Woensdagmorgen en worden geëindigd op Don-
derdagmiddag van de daarop volgende week. Het
gevolg van de invoering van deze regeling zou zijn
dat op Woensdag en Donderdagmorgen van elke week
een dubbele ploeg tewerk gesteld zou zijn. Metnadruk