64
7 December 1933.
6
telijke vervanging omvat, wordt het bedrag der ver-
goeding door Burgemeester en Wethouders vastge-
steld, op voorstel van den Burgemeester.
Artikel 12.
Verhooging van wedde gaat in op den eersten dag
der maand, waarin de aanspraak daarop is verkregen.
Toelagen voor het bezit van diploma's worden even-
eens uitgekeerd met ingang van den eersten dag der
tnaand, waarin de ambtenaar het diplotna verkregen
heeft.
Artikel 13.
Maandelijks wordt een twaalfde gedeelte derwedde
uitbetaald, verminderd met hetgeen de ambtenaar als
zoodanig aan de gemeente schuldig is.
Artikel 14.
1. De ambtenaar, die in verband met de uitoefening
van zijn dienst, behoudens bij eerste aanstelling, ver-
huizen moet, ontvangt een door Burgemeester en Wet-
houders, op voorstel van den Burgemeester, naar bil-
lijkheid te bepalen vergoeding wegens terzake gemaakte
kosten en geleden schade.
2. Deze vergoeding wordt beperkt tot hetgeen wer-
kelijk met inachtneming van redeiijke zuinigheid moest
worden uitgegeven.
Artikel 15.
Bij aanstelling, bevordering, weddeverhooging en
ontslag, benevens bij uitbetaling der wedde, worden
den ambtenaar daarvoor geen kosten in rekening ge-
bracht.
Artikel 16.
1. De ambtenaar heeft recht op zijne bezoldiging tot
den dag van ingang van het ontslag uit zijn ambt of
tot en met den dag van overlijden. Is de bezoldiging
reeds tot een lateren dag uitbetaald, dan wordt het
meerdere verrekend met de som, in de volgende leden
bedoeld.
2. Overlijdt een ambtenaar, die geen weduwe of