22 Februari 1934.
34
het gebruik van de aula zijn zeer billijk en zeker te
accepteeren, doch daar schuilt een addertje onder het
gras. De begrafenis-ondernemingen te Heemstede zijn
zeer goed geoutilleerd op het gebied van koetsen en
personeel, doch door het gebruik van de aula krijgt
men meer en beter gelegenheid tot het houden van
lijkredenen. Dit kost veel meer tijd voor het personeel
van den stoet: dus kost het den begrafenis-ondernemer
geld. Deze kosten zullen apart verhaald moeten worden
op diegenen, die gebruik maken van de aula en hier-
door zal de begrafenis-ondernemer een afzonderlijk
tarief moeten vaststellen, dat schril zal afsteken bij
het kleine bedrag van respectievelijk f6.of f 3.
of f 1.50 voor het gebruik van de aula. Wordt voor
allen de aula verplichtend gesteld en worden de kos-
ten eenvoudig op het begrafenistarief gelegd, dan zal
niemand daar aanstoot aan nemen. Het algemeen ge-
bruik van de mooie aula verhoogt zeer zeker de plech-
tigheid eener begrafenis, die voor arm of rijk zoovee!
mogelijk gelijk behoort te zijn. De begrafenis-onder-
nemer kan dan het risico van den duur van het aula-
bezoek over allen omslaan en dit dus lager stellen,
waardoor zal worden voorkomen, hetgeen hier reeds
vroeger is beleeft, dat van de aula slechts door enkelen
wordt gebruik gemaakt. In verband hiermede stelt
spreker voor, om de kosten voor het gebruik van de
aula op het begrafenisrecht te leggen.
De Voorzitter vraagt, of dit voorstel wordt onder-
steund.
Dit voorstel blijkt vervolgens door meerdere leden
gesteund te worden.
De heer Disselkoen deelt mede, dat de mededeeling
door of namens het College van Burgemeester en
Wethouders, dat het vöôrkomt, dat de aula in gereed-
heid wordt gebracht, doch niet gebruikt wordt, een
ongezonde toestand is. Daarom is in de Financieele
Commissie besloten om te adviseeren tot afzonderlijke
betaling voor het gebruik maken van de aula. Aan den
anderen kant is echter weer gebleken, dat tegenover
deze voordeelen ook weer nadeelen optreden voor de
betrokkenen. Om deze vôör- en nadeelen goed te
kunnen afwegen, zou spreker willen vragen, hoe dik-
wijls het voorkomt, dat de aula in gereedheid wordt
gebracht en niet gebruikt wordt. Is dat uitzondering
of regel, vraagt spreker.
De heer Van Unen is tegen het voorstel van den
heer Audretsch. Tegen de eerste voordracht was bij