26 April 1934.
69
De heer Audretsch brengt een woord van hulde
aan Burgemeester en Wethouders voor het initiatief
dat zij tot deze verordening namen. Hoe noodig een
dergelijke verordening is, bleek wel, toen het Rijk
destijds bij de verbreeding van den Heerenweg ver-
zuimde om het wandelpad langs dien weg door te
trekken. Indien dit niet verzuimd was. had men daar
net zulk een aardig wandelpad gekregen, als langs
den Vogelenzangschen weg is gelegen. Spreker vraagt,
of het ook de bedoeling is, oin een paar raadsleden
in de Adviescommissie te benoemen. Zoo dit niet de
bedoeling is, is dit dan niet wenschelijk en mogelijk
vraagt spreker.
De heer Van Unen kan zich in het algemeen wel
met deze verordening vereenigen. In vele gevallen
echter, misschien wel vaak, beteekent het plaatsen op
de lijst een soort servituut, terwijl het tot zekere
hoogte een soort onteigening kan worden. In dit ver-
band wijst spreker op den inhoud van artikel 13 der
verordening, waarin staat, dat de Raad onder nader te
stellen voorwaarden een tegemoetkoming in de kosten
kan toekennen, indien de eigenaar slechts ten koste
van buitengewone offers in staat is te voldoen aan
het in artikel 7 bedoelde besluit van Burgenreester en
Wethouders of, in geval van beroep, aan de in artikel
8 bedoelde beslissing van den Raad. Dit wijst er op,
dat de eigenaar geen schadeloosstelling kan krijgeii
indien van „buitengewone offers" niet gesproken kan
worden. Bovendien wijst het woord „tegemoetkoming"
op het brengen van offers door den eigenaar, hetgeen
dus onder alle omstandigheden het geval blijft. De
eigenaar, die zijn bezitting op de lijst ziet geplaatst,
zal daarmede dan ook zeker niet altijd gelukkig zijn
hij vindt het alleen misschien een aardig idee. Indien
Burgemeester en Wethouders zeggen, dat zij den
eigenaar niet meer zullen laten betalen, dan hij buiten
deze verordening om, zou hebben te betalen, dan is
het iets anders, doch zoo dit niet het geval is, dan
smaakt spreker die schadeloossteliing-kwestie niet zoo
best. Er mag toch zeker rekening worden gehouden
met degenen, die niet kunnen betalen.
De heer Attema zegt, dat ook hem de regeling van
die schadevergoeding niet volkomen kan bevredigen.
Het lijkt hem juister, om die regeling wat scherper te
omhjnen. Voorts zag spreker gaarne, dat in de Com-
missie ook een paar raadsleden werden opgenomen.
