51
28 Juni 1934.
Artikel 6.
Burgemeester en Wethouders winnen, alvorens ver-
gunning te verleenen of te weigeren, het gevoelen
van de adviescommissie in. Zij beslissen bij een met
redenen omkleed besluit, binnen een termijn van zes
weken, nadat het in artikel 5, tweede lid, bedoelde
verzoek bij hen is ingekomen.
Indien Burgemeester en Wethouders gebruik maken
van de bevoegdheid, hun bij artikel 5, derde lid, toe-
gekend, vangt de in het voorgaand lid bedoelde termijn
eerst aan, nadat de nader gevraagde stukken volledig
bij Burgemeester en Wethouders zijn ingezonden.
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd aan die
vergunning voorwaarden te verbinden.
Artikel 7.
Van een besluit van Burgemeester en Wethouders,
waarbij een vergunning voorwaardelijk is verleend of
geweigerd, staat aan den belanghebbende beroep open
bij den Gemeenteraad. Het daartoe strekkend beroep-
schrift moet worden ingediend binnen dertig dagen,
nadat het besluit hem is toegezonden.
Artikel 8.
Binnen twee maanden, nadat het in het vorig artikel
bedoelde beroepschrift bij den Gemeenteraad is inge-
komen, neemt deze een beslissing op het ingesteld
beroep.
Artikel 9.
Van het besluit van den Gemeenteraad wordt door
Burgemeester en Wethouders onverwijld kennis gege-
ven aan hem, die het beroep heeft ingesteld.
Wiikt het besluit van den Gemeenteraad van dat
van iBurgemeester en Wethouders af, dan geldt dit
besluit als een door Burgemeester en Wethouders
verleende vergunning.
Artikel 10.
Ten einde de juiste uitvoering dezer verordening te
waarborgen. zijn de eigenaren, huurders of anderen,
die een zakelijk recht op een terrein uitoefenen, ver-