65
26 Juli 1934.
Artikel 4.
Buiten de terreinen, welke blijkens het plan van
uitbreiding zijn bestemd voor de stichting van winkels,
mogen geen winkels worden gestichtnoch mogen de
opgerichte gebouwen als zoodanig geheel of gedeelte-
lijk worden ingericht.
III. Burgemeester en Wethouders de bevoegdheid
te verleenen om in bijzondere gevallen af te wijken
van de tabel genoemd in artikel 1
a. voor hoekterreinen en voor onregelmatig be-
grensde terreinen van de minimum diepte van onbe-
bouwde terreinen op eigen erf, langs den tweg of aan-
grenzend terrein;
b. nret ten hoogste 1 M. van de aldaar genoemde
afnretingen, wanneer zulks een goede exploitatie niet
zal schaden
c. van de minimum diepte voor Iage uitbouwtjes
zcoals erkers, portieken van deuren en dergelijke, als-
mede voor schuurtjes, garages en prieeltjes, die niet
hooger zijn dan 3 Meter en waarvan de plaats en
constructie door hen moeten worden goedgekeurd;
d. voor wat betreft het grootste aantal aaneen te
bouwen woningen en wel in dien zin, dat dit aantal
met één mag worden vermeerderd.
IV. Burgeineester en Wethouders de bevoegdheid te
verleenen om de grens of de richting van een straat,
gracht of plein op eenig onderdeel nader vast te stel-
len en dienovereenkomstig den vorm der bouwblokken
eenigszins te wijzigen, hetzij wanneer bij definitieve
uitmeting blijkt, dat eenige afwijking noodzakelijk is,
hetzij wanneer, ter uitvoering van een door of met
medewerking van den belanghebbende ten behoeve
van de beuouwing van zijn grond ontworpen bouw-
plan, zoodanige al'wijking in het belang van een rich-
tige of behoorlijke bebouwing blijkt te zijn.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den 26
Juli 1934.
De Voorzitter,