104a
15 November 1934.
23 jarigen leeftijd /23.04
De verhooging van het loon van een jeugdig werk-
man, wegens hoogeren leeftijd, zal telkens ingaan met
de eerste volle loonweek na den verjaardag.
IV. Artikel 4 wordt gelezen:
Aan alle categorieën vaste werklieden worden bij ge-
bleken geschiktheid, dienstijver en goed gedrag, zes een-
jaarlijksche verhoogingen van 0.96 toegekend.
Wanneer voorloopig aangestelde werklieden als vast
werkman worden aangesteld, ontvangen zij bij die vaste
aansteliing het minimum loon der betrekkelijke categorie,
verhoogd met zooveel periodieke verhoogingen van 0.96
als zij voorloopig aangesteld zijn geweest en worden
verder periodieke verhoogingen toegekend op den grond-
slag genoemd in het eerste lid.
V. Dit besluit treedt in werking op 1 Januari 1935.
Met ingang van denzelfden dag vervalt voor de werk-
lieden het raadsbesluit van 15 December 1932, no. 89,
gewijzigd bij raadsbesluit van 27 April 1933, inzake
het toepassen van een tijdelijke korting op de jaarwedden
en loonen van het gemeentepersoneel.
VI. De werklieden, die onder de oude regeling hun
maximum genoten, zullen dit ook onder de nieuwe rege-
ling ontvangen.
Geen der werklieden zal in de nieuwe regeling verder
in dienstjaren van zijn maximum verwijderd blijven dan
hij dit op het oogenblik van de inwerkingtreding van
deze regeling onder de oude bepaling was.
VII. Gedurende het eerste jaar, te rekenen van den dag
van de inwerkingtreding van dit besluit wordt aan de
werklieden eene zoodanige persoonlijke toelage toege-
kend, dat het netto-weekloon, verhoogd met de toelage,
uitmaakt 90% van het netto-weekloon hetwelk op 31
December 1934 wordt genoten.
22 /21.60
21 /19.44
20 /17.28
19 /15.12
18 /12.48
17 9.84
16 7.44
15 5.28