15 November 1934 214 ee,i aiito kan rijden, zooals mevrouw Venhuizen dit op- nerkte, îs volkomen onjuist. Spreker kent wel menschen met een mkomen van f 1400,— /1800,— die no* nooit m een auto hebben gezeten en er wel nooit in zul- len komen zitten ook. Dat naar de meening van den Voorzitter de saJaneering van het politiepersoneel të laag îs, acht hij wel bemoedigend. Overigens is spreker van meenmg dat men de salarissen naar eer en geweten DlaatstVadaS/ed-tn °ff dat me" Z,Ch °P het sta"dpunt plaatst dat dit met meer tot de taak van de gemeente heh00rt-. In ,dlen men dns meent, dat een bepaald salaris laag îs, dan mag men dat niet vaststellen om een an- dere categorie te redden. De Minister vraagt aan de gemeentebesturen advies, doch dan heeft zulk een ad- vies mets geen waarde, indien men zijn stem gaat af- meten naar wat men er in den Haag van zal zeggen. De heer Van der Linden zegt, in het „Georganiseerd Uverleg z.jn meenrng getoetst te hebben aan de mo- tieven, die voor een salaris van /4500,— pleitten. Men heeft hier een vergelijking getroffen met commissaris- sen van politie in andere gemeenten en die vergeliikin"- fs niet juist geacht. Doch, zegt spreker, na den°Burge- meester rs de inspecteur hier toch de hoogste politie- autoriteit en naar zijn meening is een salarisverlaging van f 1175.— toch werkelijk te ingrijpend. Spreker zal Rijkes Z'Jn St6m geven aan het v00rstel van den heer De heer Van den Heuvel noemt het alternatief van den heer De Tello niet juist. Spreker zou het ook juister vinden mdien che salarisregeling door het Rijk werd vastgesteld, doch zoolang dit niet het geval is is hr-t juister om een weg te zoeken die een redelijke k'ans van slagen heeff en die tegemoet komt aan de wenschen van Mimster. Spreker kan zonder meer niet beoordee- en ot de salarieering op sommige punten lager is dau het Rijk, doch în dat geval zou hij omniddellijk zijn stern aan de verhooging willen geven. Spreker weet echter er blJ Burgemeester en Wethouders een groote ijver is om het personeel goed te salarieeren. Het blijft waar zegt^ spreker, dat de politiek van de regeering er op ge- licht is, orn de al te groote verschillen op te heffen. Het is echter mogelijk, dat inen zich in den Haag omtrent en aard der gemeente vergist; de aanvankelijk voor- ,'cnomen herclassificatie bewijst deze vergissincr Het is echtc-r billijk, zegt spreker, dat men de salarieeïing van ic-t Rijk en de gemeenten met elkander in verband brcngt en geenszins verdient dit streven de critiek die daarover is uitgesproken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1934 | | pagina 14