29 November 1934 242 de verbeterde verlichting per jaar f 1179.zou kos- ten. De heer Audretsch, zegt spreker, heeft de stukken niet met den gebruikelijken ernst bekeken, anders had hij gezien, dat in dit bedrag reeds 10 pCt. voor rente en at'lossing was opgenomen. Waar men in de toe- kornst nreer en meer tot electrische straatverlichting zal overgaan, werd er door de Commissie dan ook niet voor gevoeld om nu nog nieuwe gasbuizen te Ieggen, die hun rendement misschien niet nreer zullen opbrengen en meende de Commissie, dat het beter was. om tot natrium-verlichting over te gaan. Uit financieel oogpunt is zulks dan ook zeker voordeeli- ger te noemen. Voorts, zegt spreker, dat de heer Rijkes heeft opgemerkt, dat de natrium-verlichting nog in de kinderschoenen staat. Spreker wil dit geenszins ontkennen, doch deze installatie, zooals de heer Meeuwenoord opmerkte, is onafhankelijk van de vor- deringen der techniek op dit gebied, De vraag van den heer De Tello, om deze natrium-verlichting door te trekken tot de Van Merlenlaan, kan spreker niet beantwoorden, voordat de verlichting er is. De heer Rijkes zou graag willen weten, of men de automobilisten kan dwingen om, bij invoering van natrium-verlichting, met gedoofde- of stadslichten te rijden. De heer Andreisch kan de meening van den Voor- zitter r.iet deelen, dat de gasbuizen, aan de oostzijde va.i den Heerenweg te leggen, waardeloos zouden zijn. In; ien later aan de oostzijde gebouwd gaat wor- den, krijgen die buizen toch zeker hun beteekenis. De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, zegt, dat het toch nog wel degelijk een verschil uitmaakt, of men een auto zelf rijdt of dat men naast den chauffeur zit. Aan de gevaren, die aan het oversteken zijn verbon- den, heeft spreker wel degelijk gedacht, doch men steekt toch niet op de meest gevaarlijke punten over. Wat de toekomst zal brengen is inderdaad niet te zeggen. Spreker blijft van meening, dat de verlichting voldoende is en zou het liefst willen, dat aan beide zijden van den weg aparte rijwielpaden kwamen. De heer lonckbloedt merkt op, dat toch ook wel degelijk waarde moet worden gehecht aan het advies van den Directeur. De heer jhr. van de Poll, Wethouder, vraagt den heer Jonckbloedt, of hij meerdere automobilisten heeft gesproken. De "heer onckbloedt antwoordt hierop bevestigend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1934 | | pagina 14