13 December 1934
283
De Voorzitter antwoordt. dat de muziek op de wie-
lerbaan zijn aandacht heeft. Ook spreker kon de muziek
zelfs thuis hooren. Er was reeds opdracht gegeven er
op te letten, Hieraan zal nog eens herinnerd worden.
In het afvloeien van het verkeer door de Sportpark-
Iaan naar de Valkenburgeriaan ziet spreker groote
moeilijkheden voor het publiek dat van de tram ge-
bruik maakt. Juist daarorn is het verkeer van rijwielen
en auto's den anderen kant omgelegd.
De heer De Tello zegt, dat hij dit antwoord had
verwacht. Spreker vraagt, of het dan niet mogelijk is,
de halte van de tram zuidelijk van de Sportparklaan
te maken, waardoor het groote verkeer en de voet-
gangers niet meer met elkaar in botsing komen. Spre-
ker dringt er in elk geval ernstig op aan dat op wed-
strijddagen het verkeer in één bepaalde richting geleid
wordt. In Amsterdam b.v. kan men een doel waarvoor
veel belangstelling bestaat, maar op één bepaalde ma-
nier bereiken. Alles gaat dan geordend. Spreker zag
gaarne dat op dergelijke dagen radicaal de Meer en
Boschlaan en den Meerweg niet meer voor het af-
vloeien van het verkeer worden beschikbaar gesteld,
doch alles geleid wordt door Javalaan en Provincialen
Weg. Nu wringt alles zich door het dorp, waardoor
opstoppingen ontstaan, terwijl het niet bevorderlijk is
voor het bezoek aan het Sportpark.
De Voorzitter antwoordt, dat hij alles nog eens
precies zal nagaan.
Volgno. 277. Subsidie ten behoeve van Politiescho-
len en cursussen.
De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethou-
ders van de opmerking van de Financieele Commissie
hebben kennis genomen. Zij stellen prijs op het behoud
van deze subsidies en zullen met den gegeven wenk
rekening houden.
De heer Disselkoen merkt op, dat gebleken is, dat
controle op dergelijke instituten wel degelijk noodig
is. Spreker herinnert in dit verband aan een gerucht-
makende rechtzaak, waarin duidelijk uitkwam dat van
de gelden, die in 2e instantie beschikbaar waren ge-
steld, door de Politiescholen, misbruik is gemaakt.
Deze post wordt vervolgens zonder hoofdelijke
stemming onveranderd vastgesteld.
De heeren Van Unen en Disselkoen vragen aantee-
kening, dat zij geacht willen worden tegen dezen post
te stemmen.