13 December 1934 305 men en in beginsel de mogelijkheid tot verlaging heeft geopend. In verschillende andere gemeenten, zooals uit de pers blijkt, is die huurverlaging reeds tot stand gebracht. Van een vaststaand feit is liier echter nog geen sprake. Spreker is overtuigd, dat aan deze zaak niet met die voortvarendheid is gewerkt, die verwacht had kunnen worden en gaarne zou hij nog eenige toe- lichting op den gang van zaken willen ontvangen, De lieer Van der Erf zegt, vroeger ook wel eens getwijfeld te hebben aan de activiieit, waarmede aan deze zaak werd gewerkt, doch in den laatsten tijd wordt daaraan zeker harder gewerkt dan men meent. Dit neemt niet weg, dat die heele kwestie niet gegaan is, zooals hij graag had gewild. Spreker had n.l. hever gezien, dat de vereenigingen apart waren behandeld. Het is aan de moeilijkheden, die men in den Haag heeft opgeworpen, te wijten, dat niet vlugger is op- geschoten. De heer Van der Linden zegt, eenigen tijd geleden gesproken te hebben over het verleenen van terug- werkende kracht aan een eventueel besluit tot huur- verlaging. In Purmerend heeft men toestemming ge- kregen om vanaf Mei aan een dergelijk besluit terug- werkende kracht te geven. In dat geval zijn de bezwaren van het lange wachten op de huurverlaging ondervangen. De heer Meeuwenoord dringt nogmaals op spoed aan. Door het uitblijven van maatregelen hebben par- ticuliere woningbouwvereenigingen de prijzen van hun woningen doen verhoogen. De heer Audretsch kan volkomen onderschrijven dat alles in het werk wordt gesteld om tot de verlaging van de huren te geraken. Dat dit nog niet bereikt is ligt niet aan den Wethouder. De heer fhr. van de Poll, Wethouder, zegt, dat deze zaak zoo getraineerd heeft, omdat alle woning- bouwvereenigingen tegelijk behandeld moesten worden en sommigen daarvan lnmrbepalingen hadden, die de laatste 8 jaren niet meer doör den Minister werden toegestaan. Die moeilijkheid bestond in die andere gemeenten, waar de huurverlaging reeds tot stand is gekomen, niet. Burgemeester en Wethouders hebben aan deze zaak werkelijk de noodige aandacht ge- schonken. Men kan nu echter eenmaal geen ijzer met handen breken. De heer Disselkoen zal graag nota nemen van de mededeelingen van den Wethouder en hoopt, dat de activiteit, die dan blijkbaar betracht is, zal blijven ge- handhaafd, totdat de zaak haar beslag heeft gekregen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1934 | | pagina 61