8
31 Januari 1935.
Artikel 3.
Van elk verzoek om ontheffing, bedoeld in artikel 2
geven Burgemeester en Wethouders ten spoedigste
schriftelijk kennis aan de eigenaars en gebruikers van
elk der perceelen grenzende aan dat, waarvoor de
ontheffing wordt gevraagd, onder mededeeling, dat
binnen 14 dagen nadien. eventueele bezwaren schrif-
telijk bij lnin College worden kenbaar gemaakt.
Van een besluit tot het verleenen van een voor-
waardelijke ontheffing of tot weigering van een ont-
heffing kan de aanvrager of houder der ontheffing
binnen één maand na den dag der uitreiking van de
beschikking van Burgemeester en Wethouders bij den
Gemeenteraad in beroep komen. De Gemeenteraad
neemt een beslissing binnen een maand na den datum
van indiening van het beroepschrift. De beslissing kan
eenmaal voor ten hoogste één maand worden verdaagd.
Van het besluit van den Gemeenteraad wordt on-
verwijld afschrift gezonden aan den aanvrager.
Indien het raadsbesluit strekt tot het verleenen van
de ontheffing, geldt het in de vorige alinea bedoelde
afschiift als de door Burgemeester en Wethouders
verleende ontheffing.
Overtreding van de bepalingen dezer verordening
wordt gestraft met liechtenis van ten hoogste twee
maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd
gulden, onverminderd de verplichting tot het onmid-
dellijk doen eindigen van de overtreding.
Deze verordening wordt afgekondigd, onmiddellijk
nadat zij is vastgesteld.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den 31
Januari 1935.
Artikel 4.
Artikel 5.
Artikel 6.
De Voorzitter,