28 Februari 1935.
41
nen regel is afgeweken en niet een gewone aanvrage
voor electriciteitslevering is gedaan, waarvoor de ver-
ordening had kunnen toegepast worden. De aanleg-
kosten bedragen f850.— en van dat bedrag zal jaar-
lijks door het sportconcern f 125.— worden gerestitu-
eerd. Over 4 jaar is echter het contract afgeloopen
tusschen de gerneente en het sportconcern en spreker
vraagt zich af, voor wiens rekening het dan nog res-
teerende bedrag van f 350.komt, indien de huur niet
wordt verlengd. Nu schrijven Burgemeester en Wet-
houders wel, dat alie materialen eigendoin blijven van
de gemeente, doch welke zal de waarde daarvan straks
zijn. Verder zou spreker graag willen weten, hoe de
rekening is opgezet. Vervolgens vraagt spreker, waar-
om de uitvoering van dit werk niet wordt opgedragen
aan de alhier wonende erkende installateurs, of zijn die
alleen maar goed voor het repareeren van een strijk-
ijzer of het leveren van een lamp Spreker betreurt
het, dat de heer Meeuwenoord in deze vergadering
afwezig isgraag had hij diens stem daarover ge-
hoord. Tenslotte vraagt spreker, of het concern ook
nog die f125.moet betalen gedurende de 5 optie-
jaren. Hij voelt er niets voor, orn de gemeente hier
eenige risico te Iaten dragen dat hoekje daar kost
langzamerhand genoeg. Ook zou spreker nog graag
willen weten of het tarief B of een speciaal tarief zal
gelden.
De heer De Tello is niet enthousiast over den door
Burgemeester en Wethouders gekozen vorm, waaron-
der wordt voorgesteld, de gevraagde medewerking te
verleenen. De N. V. heeft van de gemeente den grond
in huur voor een jaarlijks bedrag van f 100.— Nu
wenscht men licht op die baan en Burgemeester en
Wethouders zijn bereid voor dat doel t'850.— voor te
schieten. Van dit voorschot zal 4 X f 125.terugko-
men, dcch de resteerende f 350.blijven ono|igehel-
derd. Het materiaal zal, na die jaren in weer en wind
te hebben gestaan, niet meer waard zijn dan oud
roest. Bovendien acht spreker het een zeer gevaarlijk
precedent, om een particulier een voorschot te gaan
geven om een bedrijf uit te oefenen. Zouden Burge-
ineester en Wethouders daar ook voor te vinden zijn
indien het iemand betrof die f 2000.voorschot vroeg
om filmapparaten te koopen voor een op te richten
bioscoop of een bakker, die een electrische oven wi!
bouwen Spreker betwijfelt tcch wel zeer sterk, of
dit een tak is van gemeentelijke bemoeiïng. Dit voor-
