28 Februari 1935.
48
van het gasbedrijf en van het electriciteitsbedrijf
f5000.— boven de raming is en van het waterleiding-
bedrijf f 10.000.Deze cijfers zijn in verband met
een nadere regeling van den Minister inzake de omzet-
belasting eenigszins gunstiger geArorden, zegt spreker.
Regeling ventverbod.
De heer Van der Erf zegt, dat enkele maanden
geleden een regeling op het venten in deze gemeente
is getroffen. Spreker vraagt, in welk stadium de uit-
voering van deze regeling verkeert. Wanneer is deze
regeling n.l. in werking getreden en hoe werkt zij.
Voorts vraagt spreker hoe het staat met enkele kleine
pachters van standplaatsen in de nabijheid van het
terrein der tentoonstelling. Krijgen deze een andere
standplaats of liggen zij er uit, nu er een grootere
huurder is gekomen.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat de ventbeper-
king in zekere mate heeft plaats gehad. Er zijn inder-
daad verschillende vergunningen geweigerd. Een zekere
categorie venters ziet men dan ook minder. Voor
andere categoriën is nog een regeling in voorbereiding.
Men mag echter niet uit het oog verliezen, dat er
ruim 300 aanvragen zijn binnengekomen, die allen
moeten worden uitgezocht en dit neemt zeer veel tijd
in beslag.
De heer Van Lent vraagt of het in het voornemen
ligt, om van de 300 aanvragen er 290 toe te staan.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat zulks niet de
bedoeling is. Wat de standplaatsen van de kleine
pachters betreft, zegt spreker, dat deze zooveel mo-
gelijk beperkt zullen worden, teneinde een kermis-
karakter te vermijden. De heer Van der Erf sprak
echter over pachters wier contract is afgeloopen. Na
de tentoonstelling worden deze standplaatsen echter
opnieuw verpacht.
De heer Van der Erf zegt, dat het er om gaat, dat
deze menschen uit hun brood zijn gestooten.
De heer Dr. Droog, Wethouder, vestigt er de aan-
dacht op, dat de pacht voor die menschen in den
winter niet doorliep. De pach.t ging pas met 1 Mei in
en liep tot 1 November.
Niets meer aan de orde zijnde, sluit de Voorzitter
deze Vergadering.
De Voorzitter,