2 Mei 1935.
grenzende aan dat, waarvoor de ontheffing wordt ge-
vraagd, onder mededeeling, dat binnen 14 dagen nadien
eventueele bezwaren schriftelijk bij hun College wor-
den kenbaar gemaakt.
Artikel 4.
Van een besluit tot het verleenen van een voor-
waardelijke onthefling of tot weigering van een ont-
heffing kan de aanvrager of houder der ontheffing
binnen één maand na den dag der uitreiking van de
beschikking van Burgemeester en Wethouders bij den
Gemeenteraad in beroep komen. De Gemeenteraad
neemt een beslissing binnen een maand na den datuni
van indiening van het beroepschrift. De beslissing kan
eenmaal voor ten hoogste één maand worden verdaagd.
Van het besluit van den Gemeenteraad wordt on-
verwijld afschrift gezonden aan den aanvrager.
Indien het raadsbesluit strekt tot het verleenen van
de ontheffing, geldt het in de vorige alinea bedoelde
afschrift als de door Burgemeester en Wethouders
verleende ontheffing.
Artikel 5.
Van een besluit tot het verleenen van een al dan
niet voorwaardelijke ontheffing, zenden Burgemeester
en Wethouders onverwijld een afschrift aan de eige-
naars en gebruikers genoemd in artikel 3, voorzoover
door hen bezwaren zijn ingediend, onder mededeeling,
dat zij binnen een maand na dagteekening van dat be-
sluit bij den gemeenteraad in beroep kunnen komen.
De gemeenteraad neemt een beslissing binnen een
maand na den datum van indiening van het beroep-
schrift. De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste
één maand worden verdaagd.
Artikel 6.
Overtreding van de bepalingen dezer verordening
wordt gestralt met hechtenis van ten hoogste twee
maanden of geidboete van ten hoogste driehonderd
gulden, onverminderd de verplichting tot het onmid-
dellijk doen eindigen van de overtreding.
Artikel 7.
Deze verordening wordc afgekond;g 1, onmiddellijk
nadat zij is vastgesteld.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den 2
Mei 1935.
De
De Voorzitter,