3 Dacemb^r 1936
26Nau&m&ef-L99tr
AANBEVELING VOOR DE BENOEMING
VAN EEN LID IN DE COMMISSIE VAN TOEZICHT
OP HET LAGER ONDERWIJS.
AAN DEN RAAD.
Op 1 Januari van ieder jaar treedt ingevolge artikel
3 der verordening, regelende de inrichting en samen-
stelling van de Commissie van Plaatselijk Toezicht op
het Lager Onderwijs in de gemeente Heemstede, een
lid dier Commissie af.
In 1937 is aan de beurt van aftreding Mej. J. H.
Lageweg, die naar aanleiding van de voorschriften,
vervat in artikel 184 der L. O.-Wet 1920, în deze
Commissie de meerderjarige onderwijzers der bijzon-
dere lagere scholen in de gemeente vertegenwoordigt.
Voor iedere benoeming wordt een door ons în te
dienen aanbeveling van twee personen vereischt.
Na het met de Commissie voorgeschreven overleg
te hebben gepleegd, waarvoor wij U verwijzen naar
haar ten Raadhuize neergelegden brief van 26 Octo-
ber j.l., bieden wij U onderstaande aanbeveling aan:
1. Mej. J. H. LAGEWEG (aftr.)
2. D. J. VAN DER STAM.
Heemstede, 4 November 1936.
Burgemeester en Wethouders van Heemstede,
J. P. W. VAN DOORN.
De Secretaris,
N. VOS.
Behoort bij de notulen van den Raad der gemeente
Heemstede van den 36 Novembei: 1936.
De Seaetaris, De Voorzitter,