80 29 October 1936. Art. 5. Het schoolgeld, verschuldigd overeenkomstig den maatstai, bedoeld in artikel 4 wordt geheven naar het volgend ta'rief S i Totaal van de hoofdsommen der Gemeentefonds- en Vermogensbelasting. Bij wijziging van het totaal van de hoofdsommen der gemeentefondsbelasting en vermogensbelasting, genoemd in artikel 4 of, indien de schatting in genoemd artikel afwijkt van een later opgelegden aanslag van hetzelfde belastingjaar, wordt het schoolgeld nader vastgesteld naar het gewijzigde totaalbedrag. Art. 6. Indien naar het in het vorig artikel vermelde tarief voor de schoolgeldplichtigen het totaalbediag van de hoofdsommen der gemeentefondsbelasting en ver- mogensbelasting blijft beneden het bedrag, bepaald voor de eerste klasse van heffing, geldt als maatstat voor de schoolgeldheffing de belastbare huurwaarde, berekend naar de bepalingen van de artikelen 9 tot en met 11 der wet op de Personeele Belasting waarnaar de schoolgeldplichtige over het bij den aanvang van het schoolgeldjaar laatstelijk beëindigd belastingjaar C/3 I Bedrag van het schoolgeld per leerling en per maand voor Gewoon! Uitgebr. L O. I L.O. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 4,— en meer dan meer, tot en met 10.— /0.25 10.—, 16.— 0.40 16.—, 22.— 0.55 22.—, 26.— 0.70 26.—, n 32.— 0.85 32.—, n 46.— 1.— 46.-, n 60,— 1.50 60.—, 76,— 2.— 76.—, 90,— 2.75 90.—, 110,— 3.50 110.—, 132.— 4.25 132.—, n 170.— 5.- 170.—, 210.— 5.75 210.- 260,— 6.50 260.—, 310,— 7.25 310.—, 360.- 8.25 360.—. 9.25 /0.50 0.60 0.75 1.— I.25 1.50 2,- 2.75 3.75 5.— 6.50 8,— 9.50 II.— 12.50 14.- 16.-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1936 | | pagina 3