29 Januari 1937. 51 en het heele College tot de zijne kunnen maken. Er zijn bij dergelijke kwesties echter zooveel instanties, dat een vertraging onvermijdelijk is. Intusschen zijn de bouwprijzen behoorlijk gestegen en kan de school niet nreer met Septeinber klaar zijn. Dat de kosten van het middelbaar onderwijs hoog zijn, gaven Burge- meester en Wethouders reeds toe in hun antwoord- nota aan de Financieele Commissie en verder kent men het standpunt van het College. Hoewel spreker zich niet op het financieele terrein zal begeven, wil hij toch wel dit zeggen, dat Burgemeester en Wet- houders den post „steun aan werkloozen" op voorstel van de Financieele Commissie al reeds met f 6000. hebben verminderd. Om nu nog verder te gaan, ont- raadt spreker ten sterkste, aangezien niemand kan weten hoe de werkloosheid zich zal ontwikkelen. Spreker ziet nog geen opleving in land- en tuinbouw. Toen de Financieele Commissie sterk aandrong op verlaging van dezen post met f 6000.hebben Bur- gemeester en Wethouders uiteindelijk gezegd „nu, laten wij het dan maar riskeeren". De kwestie van de stichting van een inrichting voor middelbaar onderwijs in deze gemeente is reeds eerder serieus bekeken, doch de toename van het aantal kinderen heeft deze zaak nog ingewikkelder gemaakt. De heer Disselkoen merkt op, dat hoe grooter het aantal kinderen is, des te grooter ook de verschillende groepen. De Voorzitter is bereid, deze zaak opnieuw ernstig in studie te nemen. Inderdaad is de betreffende post van de begrooting onheilspellend hoog, dus, mocht bezuiniging mogelijk zijn, dan zal zeker niets worden nagelaten, om deze te verkrijgen. Men moet echter niet uit het oog verliezen, dat de verschillende soorten van middelbaar onderwijs en de verschillende rich- tingen groote moeilijkheden met zich brengen. Er wordt echter alle aandacht aan dit vraagstuk geschonken. De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, deelt mede, dat de restauratie van het Oude Slot de volle aandacht van Burgemeester en Wethouders heeft. Ook zij hebben al jaren betreurd dat de eigenaar niets aan de over- blijfselen deed om verder verval tegen te gaan. De laatste jaren is er maar op geragd. Spreker noemt dit zonde en zoo doorgaande is het monument ten doode

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1937 | | pagina 51