78
29 Januari 1937.
Dit voorstel, voldoende ondersteund, door den
Voorzitter in stemming gebracht, wordt met 122
stemmen verworpen.
Vöör dit voorstel stemden de heeren Audretsch en
Rijkes.
Tegen dit voorstel stemden de heeren Jonckbloedt,
Meeuwenoord, Van Lent, Mr. von Meyenfeldt, Voors,
De Tello, Disselkoen, Kromhout, Van der Érf, Van
der Linden en de Wethouders Dr. Droog en Jhr. van
de Poll.
Volgno. 351. Kosten van de Algemeene Begraaf-
plaats en kosten van begraving.
De heer Voors zegt, dat deze post in de Financi-
eele Commissie is behandeld en daar de opmerking
werd gemaakt dat deze kosten te hoog worden geaclit.
Burgemeester en Wethouders hebben daarop naar spre-
ker's meening geen bevredigend antwoord gegeven. Op
deze manier kan men wel blijven praten. Spreker's be-
zwaar gaat tegen de samenstelling van den post. Hij heeft
daarop 3 menschen aangetroffen, die belast zijn met
het onderhoud van de begraafplaats. Spreker berekent,
dat, aangenomen dat de plantsoenen in de gemeente
10 H A. beslaan, er op iedere Hectare een man in
vasten dienst is. De begraafplaats is 2 H.A. groot,
dus zouden in dezelfde verhouding slechts 2 man
noodig zijn voor het onderhoud en schoonhouden. De
begraafplaats is bovendien lang zoo bewerkelijk niet
ais plantsoenen zijn. Spreker blijft vragen of deze
kosten niet te hoog zijn. Burgemeester en Wethouders
zeggen nu wel dat veel tijd heengaat met het geven
van inlichtingen. Spreker kan zich wel voorstellen dat
dit tijd kost, maar dat wettigt volgens hem nog niet
dat daar 3 menschen noodig zouden zijn. Ook het
aandeel in de bedrijfsonkosten vindt hij kostbaar.
Spreker heeft bezwaar tegen de wijze waarop Burge-
meester en Wethouders deze zaak hebben afgedaan.
De heer Kromhout merkt op, dat meer dan eens
bij begrafenis-plechtigheden geen stoelen genoeg in
de aula aanwezig zijn, waardoor vele familieleden
moeten blijven staan met de gezichten naar het pu-
bliek gekeerd. Spreker vraagt of Burgemeester en
Wethouders voor meerdere stoelen kunnen zorgen.