29 januari 1937.
seeren. Het geld was er voor, doch nu moeten wij
er belastingen voor gaan verhoogen, want het geld is
er niet. Thans is men weer bezig den heuvel, waarop
de Belvédêre staat, van struiken en boomen te ont-
doen en spreker denkt met schrik en beven aan de
prachtige dennenpartijen, bijna het eenigste wat er
nog over is van ons oude natuurbosch. Hij zou den
Raad toch willen bezweren nu toch eens uit te schei-
den met die zoogenaamde reorganisatie. Spreker wijst
op het naastgelegen „Meer en Berg", waar bij men-
schenheugenis nooit een gezonden boom is gerooid,
dat slechts een paar duizend gulden aan onderhoud
kost en een pracht natuurbosch is gebleven. Nu is
het waar dat Meer en Berg niet voor het publiek
openstaat, dus minder heeft te lijden, doch Qroenen-
daal kost dan ook plm. 10 keer zooveel. Ook is het
waar dat Qroenendaal een werkobject was voor de
werkloozen, doch spreker zou liever zien, dat hier-
voor meer productief werk werd gezocht, b.v. riolee-
ring, waarvoor in dezen tijd van goedkoop geld des-
noods geleend zou kunnen worden.
Spreker stelt voor, de reorganisatie van Groenendaal
te staken, hetgeen f 3300.— kan besparen; verder den
weg vanaf ingang Zuid niet te herbestraten, besparing
f 695.Dit gevoegd bij de som die meer gevraagd
wordt dan in 1935, ad f 822.wordt totaal f 4817.
waarom deze post met f 5000.— kan worden verminderd.
De heer Disselkoen meent, dat uit de het vorig
jaar over dit onderwerp gehouden besprekingen wel
is gebleken, dat hij geen bewonderaar van de reorga-
nisatie van Groenendaal is. Hij is echter van oordeel,
dat, nu het werk reeds zoover is gevorderd, het vrij
zinloos zou zijn verderen voortgang te beletten. Hij
zal zich er verder bij neerleggen. Dit sluit volgens
spreker echter niet in, dat absoluut ieder jaar een
perceel moet worden gereorganiseerd. Oorspronkelijk
was spreker met de Financieele Commissie van een-
zelfde gevoelen, doch hij voegt er aan toe, dat toen
de opzet der begrooting eischte, dat de gemeente in
de 2e klasse moest worden geplaatst voor de gemeen-
telijke fondsbelasting en allerlei bezuinigingen noodig
waren. Nu plaatsing in een hoogere klasse nietnoodig
is gebleken en de post onvoorzien zoo verhoogd is,
dat bezuinigingen niet meer noodig zijn, heeft hij er