8
29 Januari 1937.
proeven slagen, de schoolvoeding op de bijzondere
scholen ook zeker voor subsidie in aanmerking komt.
Het star dogmatisch betoog van den heer Von Meyen-
feldt, noemt spreker lichtelijk belachelijk. Zonder twij-
fei zal het aan het onderwijs ten goede komen, indien
extra voedsei verstrekt wordt aan half ondervoede en
hongerige kinderen. Spreker wil er nog op wijzen, dat
ook in de huizen der z. g. gegoede inwoners kinderen
wonen, voor wie extra voeding zeker niet overbodig
is te noemen. Hij is er dan ook van overtuigd, dat
deze proefneming in alle kringen met ingenomenheid
wordt begroet.
De heer Audretsch zegt, dat het hier een proef be-
treft, waar zeker niet veel tegen is. Wel zou spreker
er tegen zijn, indien deze melkverstrekking werd uit-
gebreid tot de verstrekking van warme maaltijden,
omdat dit inderdaad in zekere mate de verbreking van
het gezinsleven tengevolge zou hebben.
De Voorzitter acht het praematuur om nu al over
subsidie aan anderen te spreken. Het betreft hiertoch
aan beide zijden een proefneming en daarom acht
speker het juister, om de resultaten van deze proef-
neming eerst af te wachten. In de toekomst is wellicht
samenwerking mogelijk. De principiëele beschouwingen
van den heer Mr. Von Meyenfeldt heeft spreker ook
in „De Magistratuur" aangetroffen. Spreker kan er toch
werkelijk geen bezwaar in zien, om aan schoolkinderen
een fleschje melk te verstrekken. Dat maakt toch heusch
geen inbreuk op het gezinsverband. Qaat men straks
maaltijden verstrekken, dan is dat weer wat anders.
Aan den heer Kromhout zou spreker willen zeggen,
dat reeds met de zuivelcentrale in correspondentie is
getreden en dat in den loop van de volgende week
waarschijnlijk met de melkverstrekking kan worden
aangevangen. De schoolartsen zijn hierin reeds gekend
en die zullen waarschijnlijk wel bereid zijn een rapport
samen te stellen, dat zonder bezwaar aan den Raad
zou kunnen worden overgelegd.
De heer Dr. Droog, Wethouder, merkt op, dat het
hier een kwestie van bijvoeding betreft. Inderdaad
komt het onderwijs niet tot zijn recht, indien de kin-
deren niet voldoende gevoed zijn. Het betreft hier
slechts een noodmaatregel voor de wintermaanden. Wat
het rapport van de schoolartsen betreft over de resul-