100
3 Februari 1937.
deelnemen. Spreker vraagt of er ook werkelijk aarr
deelgenomen wordt, omdat het recht aileen hem geen
f 20.— waard is.
De Voorzitter antwoord dat er inderdaad Heem-
steedsche deelnemers zijn. Deze namen vroeger deel
aan een gelijken cursus te Bennebroek, die inniiddels
opgeheven is.
Volgno. 587. Onvoorziene uitgaven.
De heer Rijkes vraagt hoe groot deze postthansis.
De Voorzitter antwoordt dat hij pl.m. f 25.000.—
bedraagt.
De lieer Rijkes wijst er op dat in de naburige
gerneente Bloemendaal voor onvoorziene uitgaven
f 13.000,— is geraamd. Spreker heeft geen bijbedoelingen
inaar verklaart dat zuinigheid nu eenmaal troef is. Hij
stelt voor dezen post met f 6000.te verminderen.
De heer Meeuwenoord zou gaarne de motieven
vernemen die den heer Rijkes tot het doen van dit
voorste! hebben geleid. Het gaat niet aan te zeggen,
omdat Bloemendaai dat doet. moeten wij dat ook maar
doen. Als iemand in de sloot springt zal de heer
Rijkes dat toch zoo maar niet nadoen. Als de heer
Rijkes niet aantoont waarom hij dit voorstelt, zal men
daar toch moeilijk op in kunnen gaan.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, wil dezen
post eerst later behandelen en bekijken in verband
met de ontvangsten. Hij heeft echter geen bezwaar er
voorloopig over te spreken. Men vergeet, aldus spre-
ker, dat Burgemeester en Wethouders de ramingen in
deze begrooting zeer en zeer krap hebben opgezet.
In 011 ze naburige gemeente is die noodzakelijkheid
nog niet zoo groot, waardoor met een kleiner cijfer
voor onvoorziene uitgaven kan worden volstaan. Ook
met het oog op andere in deze begrooting voorko-
mende onzekere uitgaven,noemt spreker deze raminglaag.
De heer Jonckbloedt heeft ieder jaar nog gehoord,
dat de begroofing door Burgemeester en Wethouders
is geknepen. De rekeningen wijzen echter uit, dat het
altijd nog wel meegevallen is.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, wijst er op,
dat verleden jaar o.a. de steun aan werkloozen laag