102
3 Februari 1937.
rechten voor het gebruiken van of voor het hebbem
van particuliere werken en inrichtingen onder of boven derr
openbaren gemeentegrond of het gemeentewater f 6400
is ontvangeu. In 1936 is daarvoor f 6600,— geraamd„
terwijl nu nog geen f 5000.— wordt begroot. Spreker
vraagt waarom nu ineens zooveel lager wordt geraamd.
Hij herinnert zich niet dat de precario-verordening is
gewijzigd.
De lieer Dr. Droog, Wethouder, antwoordt, dat dit
verschil waarschijnlijk moet worden gezocht in een
vermindering van de bouwnijverheid. Dit bedrijf levert
heel wat precario op.
De Voorzitter merkt nog op, dat ter besparing
van de precario, veel materiaal op eigen terrein wordt
opgeslagen.
Volgno. 47. Belasting wegens gebouwde eigen-
dommen en daarbij behoorende erven, die aan open-
bare land- of waterwegen in de gemeente belenden„
of in de onmiddellijke nabijheid daarvan gelegen zijn.
De heer Jonckbloedt zegt, dat bij de algemeene
beschouwingen enkele leden reeds bij voorbaat hun
ingenomenheid met deze belasting hebben te kennen
gegeven en ook het standpunt van Burgemeester en
Wethouders is voor de tegenstanders dezer belasting
niet erg bemoedigend Desondanks zal spreker trachten
aan te toonen, dat invoering dezer belasting niet alleen
onbillijk is, maar ook niet in het belang van onze
gemeente kan zijn. Bij het ontwerp dezer begrooting
komt, terzake dezer beiasting, een zinsnede voor, welke
spreker's bijzondere aandacht heeft getrokken, n.l. „Wij
meenen, in de tegenwoordige tijdsomstandigheden te
mogen verwachten, dat de eigenaren deze geringe
lastenverzwaring niet op de huur zullen leggen". Spre-
ker is het daarmede eens, maar meent dat de kans
bestaat dat voor kleine woningen, welke bij de week
verhuurd worden, deze belasting op de huur zal wor-
den gelegd, zoodat van de minstdraagkrachtigen deze
belasting op de huur zal worden verhaald, terwijl dat
voor de grootere huizen, dië per contract worden ver+
huurd, uitgesloten is. Spreker wil den nadruk leggen
op de in den laatsten tijd veel gebezigde woorden
„tegenwoordige tijdsomstandigheden". Juist nu, nu de
huiseigenaren toch al zoo zwaar getroffen zijn, juist