4 Maart 1937.
125
Het voorstel wordt vervolgens in stemming gebracht
■en aangenomen met 12—3 stemmen.
Vöör het voorstel stemden de heeren Van der Erf,
Van der Lindeti, Jonckbloedt, Meeuwenoord, Van Lent,
Mr. von Meyenfeldt, Voors, Audretsch, Rijkes, Van
Unen en de Wethouders Jhr. van de Poll en Dr. Droog.
Tegen het voorstel stemden de heeren Disselkoen,
De Tello en Kromhout.
XII. Aangaan en wijziging voorwaarden van
geldleeningen.
De voorstellen met ontwerp-besluiten zijn opgeno-
men in de gedrukte stukken onder de volgnrs:
22, 23, 24, 25, 26, 32, 33. Aangaan en wijziging voor-
waarden van geldleeningen.
De Voorzitter deelt mede, dat de Financieele Com-
missie zich met zes van deze ontwerp-besluiten kan
vereenigen. Haar advies over raadsstuk n°. 33 is ech-
ter niet gevraagd kunnen worden.
De heer Rijkes vraagt of over de geldleening, groot
f 157.400.ook nog andere instellingen of banken
zijn gevraagd. Dit is een leening op korten termijn,
die zeker aantrekkelijk kan worden genoemd.
De heer Jhr. van de Poil, Wethouder, zegt, dat de
tijd heeft ontbroken om de Financieele Commissie
over raadsstuk n°. 33 te raadplegen. Het heeft spreker
gefrappeerd, dat de heer Rijkes heeft gevraagd of
speciaal over de geldleening van f 157.400.nog
andere instellingen zijn geraadpleegd. Wil de heer
Rijkes dan nog goedkooper leenen, vraagt spreker
Deze geldleeningen zijn door middel van een tusschen-
persoon geplaatst, die allerlei instellingen raadpleegt.
Burgemeester en Wethouders kunnen toch niet zelf
in het heele land gaan vragen, welke instelling de
goedkoopste voorwaarden heeft. Spreker noemt dit
een heele mooie conversie.
De heer Audretsch wil een woord van hulde bren-
gen aan den Wethouder, die op het juiste oogenblik
deze geldleening op den kop heeft weten te tikken.
Deze geldleening is werkelijk een witte raaf.