1 October 1937.
241
verwezen. Wel is een brief van den architect ter in-
zage gelegd, waarin een eindcijfer is opgegeven, doch
dat noemt spreker geen kostenraming. Voorts zou
spreker willen vragen of liet bestek nog in de Com-
missie voor Openbare Werken wordt behandeld.
Spreker zou graag zien dat in dit bestek dezelfde
bepalingen werden opgenomen ten aanzien van de
tewerkstelling van Heemsteedsche arbeidskrachten als
in de gemeentelijke bestekken voorkomen, hoewel hij
nog liever zou zien, dat men daarin bepaalde, evenals
dit bijv. in Haarlem was bepaald, dat minstens 80 °/o
van de werkkrachten uit eigen gemeente moeten wor-
den betrokken.
De heer Dr. Droog, Wethouder, zegt, dat het zijn
bedoeling is om het bestek in de Commissie voor
Openbare Werken te behandelen.
De Voorzitter merkt op, dat door den architect
een globale kostenraming is gemaakt. De Schoon-
heidscommissie heeft het ontwerp gezien en kon zich
daarmede, behoudens enkele kleinigheden, volkomen
vereenigen. Het wachten is nog op de beoordeeling
van het Rijksbouwtoezicht. Intusschen hoopt spreker
dat aan deze zaak voortgang kan worden gegeven,
opdat deze school in September a.s. in gebruik kan
worden genomen.
De heer Jonckbloedt vindt het prettig, dat Burge-
meester en Wethouders aan een Heemsteedschen archi-
tect de opdracht hebben gegeven en niet aan den
dienst van Openbare Werken. Spreker vindt het een
mooi plan.
De heer Rijkes vraagt, of bij dit plan ook rekening
is gehouden met den bouw van een localiteit voor
voorbereidend lager onderwijs.
De Voorzitter antwoordt hierop ontkennend.
De heer Rijkes betreurt dit, doch als er spoed be-
tracht moet worden, dan is daaraan niet veel meer
te doen,
De Voorzitter zegt, dat indien er behoefte bestaat
aan voorbereidend lager onderwijs, dit eerder het geval
is in een ander gedeelte der gemeente.
De heer Rijkes kan deze meening niet deelen, doch
zal daar nu verder niets meer van zeggen.