7 114 L 25 November 1937. Art. 4. De onbebouwd blijvende grond bij woonhuizen moet als tuin aangelegd en behoorlijk onderhouden worden ten genoegen van Burgemeester en Wethouders. Overige onbebouwde gronden mogen niet als opslag- terrein worden gebruikt of op zoodanige wijze in gebruik zijn, dat gevaar, schade of hinder voor de omwonenden, ter beoordeeling van Burgemeester en Wethouders, ver- oorzaakt wordt. Burgemeester en Wethouders kunnen in zeer bij- zondere omstandigheden vrijstelling verleenen van de voorschriften, vervat in artikel 1. Zij kunnen aan zoodanige vrijstelling voorwaarden verbinden. Deze vrijstelling vervalt, indien de daaraan verbonden voor- waarden niet worden nagekomen. Overtreding van de bepalingen dezer verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maan- den of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden, onverminderd de verplichting tot het onmiddellijk doen eindigen van de overtreding. Qedaan ter openbare raadsvergadering van den 25 November 1937. De Se De Voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1937 | | pagina 13