25 Januari 1938.
23
en electriciteit, beiden noodzakelijke levensbehoeften en
als compensatie daarvoor het matig verhoogen van de
directe belastingen. Dit voorstel werd nu gedaan en
niet eerdër, omdat tot en met de begrooting 1936 niet
bekend was, hoe ver de gevolgen van de economischë
crisis nog op de begrootingscijfers zouden doofwerken
en omdat niet bekend was welke beperkingen vän het
gemeentelijk belastinggebied zouden worden doorge-
voerd. Bij de begrooting 1937 was reeds uit anderett
hoofde verzwaring van de directe belastingen noodig.
Toen was het dus evenmin een goed moment; bovettdieif
waren de winsten op water en electriciteit toerl aanzien-
fijk minder dan thans.
Het voorstel van 5 Katholieke raadsleden in 1936
beoogde reserveering of desnoods ook aanwending voor
tariefsherziening.
Anderzijds meent spreker, dat de tariefsverlagiilg
evenmin als zij eerder ingevoerd had kunnert worden,
mag worden uitgesteld tot later.
Men zal dat 'kunnen begrijpen, als men zich eVen
verdiept in de ontwikkeling van de financieele positie
onzer gemeente, zooals deze tot uitdrukking komt iri
de begrootingen voor 1936, '37 en '38.
Het dienstjaar 1936 heeft eeri tekort opgeleverd van
twee ton. De begrooting 1937 kon sluitend gemaakt
worden met aanwending van 143 mille aan vreemde
middelen (88 en 55). Nu missen wij de 74 fttille van
Haarlem, maar voor het sluitend maken van de be-
grooting-1938 hebben wij niet 143 plus 74 is 217 mille
noodig, doch slechts 112 mille (47 en 65). Op Zich zelf
beschouwd, en los van de Haarlemsche vergoeding,
toont 1938 dus een gunstig verschil ten opzichtë värt
1937 van ruim één ton. Dat is verheugertd, maar men
heeft toch te bedenken, dat de begrooting nog 112
mille tekort komt, d.w.z. ze sluit wel, maar alleen door-
dat gebruik wordt gemaakt voor de uitgaven in 1938
van 112 mille, die niet în 1938 worden ontvangen. Dit
mag, dit is verantwoord, omdat wij optimistisch mögert
zijn voor verderé ontwikkefing.
Dit beteekent, dat bij dezelfde gunstige ontwikkeling
toename van bevolking, toertame van belasting-
opbrengst, daling van werkloosheid eriz. enz ook op
de begrooting-1939 geen bedrag voor een behoorlijke
tariefsverlaging kan overschieten, terwijl bovendien
Voor 1940, wanneer Zooiets voor het eerst mogelijk