25 Januari 1938.
5
Het is voor onze Financieele Commissie, maar nog
veel meer voor de geheele gemeente verheugend, dat
Burgemeester en Wethouders in dat vöör-overleg aan-
leiding hebben gevonden om met prijzenswaardigen
zorg de eerste concept-begrooting nog eens duchtig
onder de loupe te nemen en dat zij er in geslaagd
zijn, door van alle kanten alles bij elkaar te garen,
ons thans voor te leggen een zonder belastingverhoo-
ging sluitende begrooting.
Hoe verheugend dat ook is, z.i. blijft toch straks
bij de behandeling de uiterste voorzichtigheid gebo-
den, want de burgerij snakt naar belasting-verlaging
der gemeente, vooral bij de nog stijgende Rijksbelas-
tingdruk. En het uitzicht op zoo'n verlaging is alleen
mogelijk als we matig, zeer matig blijven in onze
uitgaven, zoowel gewone als buitengewone, want niet
vergeten mag worden, dat onze reserve thans tot een
ininimum is gereduceerd. Hoe gelukkig, dat wij die
hadden bij het begin van de crisis, maar het moet
ons ook geleerd hebben, hoe noodzakelijk het is te
zorgen, zoo gauw mogelijk, zij het ook geleidelijk,
voor aanvulling van die reserve, met 't oog op de
magere jaren, die steeds vroeg of laat weer komen,
ook in gemeentelijke huishoudingen.
Men ziet, dat spreker nog allerminst wil juichen:
„nu zijn we er door", maar aan den anderen kant wil
spreker in het openbaar thans opkomen tegen de
tendens van stukken, zooals er onlangs over Heemstede
verscheen, onder het sensationeele hoofd „Schuld en
boete" drama. Het schijnt wel of de schrijver daarvan
zich tot taak heeft gesteld, de tegenwoordige, maar
nog meer de eventueele toekomstige bewoners van
Heemstede den schrik om het hart te doen slaan. Nu
eens heet het: het is te betwijfelen of men in Heem-
stede wel goede financieele politiek voert, dan weer:
De Raad mag wel eens nagaan wat ter verlichting
van de lasten der gemeente gedaan moet worden,
terwijl een en ander culmineert in den zinMaar van
meer beteekenis is nog, dat ook de cijfers van Haarlem
tegenover die van Heemstede gunstig afsteken.
Spreker gunt iedere gemeente gunstige cijfers, ook
Haarlem, maar alvorens men financieele corresponden-
ten als deze au serieux gaat nemen, wil spreker een
enkele van 's mans financieele opzetten onder de loupe
nemen. Hij zegt o.rn.: „De begrooting van den kapi-