24 November 1938.
205
sing ten gunste daarvan, in de waagschaal is gebracht.
De heer Jonckbloedt zegt, dat het nauwelijks 2 jaar
geleden is, dat door den Raad een voorstel van dezelfde
strekking, werd behandeld. De aanleiding daartoe was
destijds in hoofdzaak verschii van meenmg tusschen
Burgemeester en Wethouders en Maatschappelijk Hulp-
betoon, waarbij ook de Raad werd ingeschakeld, omdat
in een bepaald geval Maatschappelijk Hulpbetoon de
besluiten van den Raad niet geheel ten uitvoer bracht.
Als men de raadsnotulen van 3 December 1936 daarover
naslaat, dan hebben zoowel voor- als tegenstanders
van dit voorstel in uitvoerige bewoordingen hun mee-
ning over deze aangelegenheid kenbaar gemaakt, met
uiteindelijk resultaat, dat het voorstel met 9 tegen 6
stemmen werd verworpen. Nadien hebben geen bijzon-
dere gebeurtenissen plaats gehad. Moeilijkheden of ge-
schillen hebben zich niet voorgedaan. Dezelfde lofprij-
zingen voor het vele goede, nuttige en belangelooze
werk door het Bestuur van Maatschappelijk Hulpbetoon
verricht, zouden ook nu weer herhaald kunnen worden.
Dit kan door spreker met temeer overtuiging worden
gedaan, nu hij gedurende eenigen tijd, als gedelegeerde
van den Raad, van nabij in de gelegenheid is geweest
het doen en laten van het bestuur gade te slaan.
Als motieven voor deze reorganisatie, aldus spreker,
geven Burgemeester en Wethouders in de considerans
van dit raadsstuk aan: le. Stijging der uitgaven en 2e.
toename der administratieve werkzaanrheden en bemoei-
ingen der gemeente op dit gebied.
Spreker geeft toe, dat een stijging der uitgaven niet
te ontkennen valt, maar hij vindt deze allerminst ver-
ontrustend. In 1937 werd voor den Dienst geraamd
83.500.en uitgegeven f 98.400.Voor 1938 is
geraamd f 101.000.welk bedrag waarschijnlijk iets
aan den lagen kant zal zijn en voor 1939 f 110.000.
Deze stijging is volgens spreker grootendeels het ge-
volg van het overhevelen van de chronisch zieke werk-
loozen, de weduwen, de nieuwe onvermogende inwo-
ners, de 65-jarigen, enz., van den werkloozensteun naar
den Dienst van Maatschappelijk Hulpbetoon. Het budget
van den werkloozensteun werd daardoor zeer ontlast,
maar Maatschappelijk Hulpbetoon, alleen reeds door de
zieken en weduwen, met f 10.000.extra belast. De
stijging der uitgaven is dus niet te wijten aan een min-