182
25 Mei 1939.
60. Aanvaarding grond voor verbreeding en
verbetering Zandvoortschelaan.
De heer van der Erf vraagt de aandacht voor de toe-
komstige bestrating van de Zandvoortschelaan. Nu zijn
er verschillende soorten van bestrating toegepast. De
laatste soort klinkerkei, die gebruikt zal worden, is mis-
schien wel beter dan die tot heden verwerkt is. Het is
spreker echter opgevallen, dat door het intense verkeer,
de bestrating ligt te waggelen, ondanks dat deze eerst
kort geleden is aangebracht. Spreker acht het daarom
nu het oogenblik, een beteren vorm van bestrating te
overwegen. Spreker wijst als voorbeeld op de Fontein-
laan in Den Hout, die vrij goed blijft. Misschien dat
daar de onderlaag anders is als die van de Zandvoort-
schelaan. Hij vraagt voor deze zaak de aandacht van
Burgemeester en Wethouders, waardoor misschien een
kostenbesparing kan worden verkregen.
De heer Jonckbloedt zegt, dat de bestrating, zooals
in de Fonteinlaan toegepast, inderdaad perfect is. In
deze laan is een onderlaag van puin aangebracht ter
dikte van 40 c.M. Deze is bedekt met een rivierzandbed
waarop de klinkers zijn gelegd. Dit is echter duurder
dan de tot nu toe gevolgde methode. Als de Raad zich
echter uitspreekt voor deze wijze van werken, dan
wordt het een andere zaak. Deze bestrating is op 't
oogenblik 't beste en zou dan ook op andere plaatsen
kunnen worden toegepast. Proeven behoeven hiermede
niet genomen te worden. De Raad zou dan echter over
een kostenbegrooting moeten kunnen beschikken.
De heer de Tello wijst er op, dat dit onderwerp in
de Commissie voor Openbare Werken is besproken.
Door 't zware motorverkeer is de bestrating van de
Zandvoortschelaan in een jaar tijd in puin gereden. Op
't oogenblik maken de Wethouder en den Directeur
van Openbare Werken zich hierover ernstige zorg. Het
is, aldus spreker, ook duur om elk jaar een bestrating
te moeten opknappen. De heer Jonckbloedt wijst er z.i.
terecht op, dat, als een ander systeem van bestrating
zal worden toegepast, de Wethouder daarmede met zijn
begrooting op rekenen moet. AIs ieder jaar de straat
moet worden opgehaald, dan dient afgewogen te wor-
den wat voordeeliger is. De Wethouder kan zich daar-
omtrent laten voorlichten. Er kan een proef worden.