25 Mei 1939.
183
genomen met een gedeelte straat van 20 of 30 M., om
te zien hoe dit zich zal houden. Spreker weet niet of
de Fonteinlaan zoo zwaar bereden wordt als de Zand-
voortschelaan. Hij beveelt het voorstel van den heer
Jonckbloedt den Wethouder ter overweging aan.
De heer Meeuwenoord merkt op, dat in de Zand-
voortschelaan veel winkels zijn, waardoor veel buizen
en kabels in den weg liggen. Indien deze moeten worden
omgelegd, dan zal dit de bestrating weer kostbaarder
maken.
De heer Jonckbloedt vraagt aanhouding van dit voor-
stel, om den Directeur van Openbare Werken gelegen-
heid te geven, een berekening te maken wat deze wijze
van werken meer zal kosten.
De heer van der Erf acht het nog een open vraag
of deze duurder zal zijn. Op 't oogenblik misschien wel,
doch op den duur wellicht niet. Bovendien zal dan het
verkeer niet iederen keer gestoord worden. Spreker zou
de opmerking van den heer Meeuwenoord onderschrij-
ven, indien een bitumenwegdek gemaakt zou worden.
De heer Rijkes zegt, dat deze gedachte inderdaad in
de Commissie voor Öpenbare Werken is besproken. De
opmerking van den heer de Tello, dat elk jaar de be-
strating vernieuwd moet worden, dient echter met een
korreltje i zout te worden genomen. Spreker vraagt, of
het mogelijk is deze zaak nog eens in de Commissie
voor Openbare Werken te bekijken of dat er spoed
bij is.
De heer Dr. Droog, Wethouder, gelooft wel, dat er
aanleiding bestaat dit denkbeeld nog eens te bespreken,
omdat aan dit nieuwe idee nog niet die aandacht is
besteed, dat het verdient. Tegen aanhouding van het
voorstel van Burgemeester en Wethouders heeft hij
geen bezwaar, omdat er niet zoo'n haast bij is en het
verkeer bij directe uitvoering van het werk, toch ook
wordt gehinderd.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens, met uitzonde-
ring van het voorgestelde onder 3° ,,crediet van
f 3200.voor bestrating met klinkerkeien", hetwelk
wordt aangehouden, zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.